10xEremetaal in oktober 2015
AHAB
The Boats Of The Glen Carrig
(Napalm/PIAS)
Martijn Busink
90
AHABs nautische doom, ofwel melodieuze funeral doom met een flinke scheut psychedelica, is vrij uniek te noemen. Het nieuwe opus is zoals gewoonlijk weer gebaseerd op een boek, namelijk de novelle uit 1907 van William Hope Hodgson waar het album zijn naam ontleent. AHABs muziek wiegt zachtjes en je kunt er heerlijk in wegdrijven, omdat de band ervoor kiest niet voor het zwaarste van het zwaarste te gaan. Van het relatief snelle „Red Foam (The Great Storm)” tot het langzaamste „The Weedmen”, telkens zorgen het lyrische sologitaarwerk en de breekbare zang ervoor dat het allemaal niet strandt in oeverloze riffs. De sfeer blijft onmiskenbaar doom en ook de psychedelica die altijd in ruime mate aanwezig was is nog steeds een belangrijk pluspunt in het werk van de Duitsers. Met ‘The Boats …’ blijft AHAB een van de roergangers in de hedendaagse doomscene.
AMORPHIS
Under The Red Cloud
(Nuclear Blast/PIAS)
Wouter Dielesen
90
Eind 2014 vierde Amorphis het twintigjarige bestaan van ‘Tales From The Thousand Lakes’, een van de meest heavy platen uit de carrière van de Finse band. De terugkeer naar dat album heeft er ongetwijfeld aan bijgedragen dat deze twaalfde studiorelease een stuk zwaarder uitpakt dan recent werk als ‘The Beginning Of Times’ (2011) en ‘Circle’(2013). Dat valt direct op bij de openingstrack, tevens titelsong. Het nummer wordt gedragen door pianospel en melodieus gitaarwerk. Topzanger Tomi Joutsen zingt aanvankelijk clean, maar schakelt al snel over naar prachtig volle growls. Die zangstijl past hij veelvuldig toe, zoals in „The Four Wise Ones”, „Bad Blood”, „Dark Path” en „Enemy At The Gates”, terwijl de band onder invloed van producer Jens Bogren meer agressie, complexiteit en snelheid verwerkt in zijn spel. Tegelijkertijd grijpen de heren ook terug op hun folkroots. In „Death Of A King” doen zelfs Eluveitie-fluitist Chrigel Glanzamnn en percussionist Martin Lopez (Soen, ex-Opeth) mee. Ook klinken er verschillende nieuwe elementen, zoals een heus kerkorgel, een sitar en damesvocalen (in „White Night”). Toch doet ‘Under The Red Cloud’ vooral ook erg aan als Amorphis, vol zingende melodieën, melancholie en ‘Kalevala’-verwijzingen, maar dan nog wat avontuurlijker en sterker dan in recente jaren.
ANNIHILATOR
Suicide Society
(UDR Music/ADA/Warner)
Metal Mike
82
Standaardvraag die ik Jeff Waters stel als ik hem bij een concert tegenkom: ‘Wie zit er vandaag in jouw band?’ Maar als het om een nieuw album gaat hoef ik hem die vraag niet te stellen. Alle gitaar- en baspartijen worden steevast door de gitarist alleen ingespeeld. Het zal echter ook voor hem als een donderslag bij heldere hemel gekomen zijn dat zanger/gitarist Dave Padden na elf jaar trouwe dienst opstapte. Op het vijftiende studioalbum heeft Waters dan ook maar meteen de zang voor zijn rekening genomen. Hij doet dat duidelijk beter dan op bijvoorbeeld ‘King Of The Kill’, uit 1994 alweer, met het hitgevoelige „Snap 453” als overduidelijk bewijs. Voor de rest is ‘Suicide Society’ een album zoals je dat van de Canadees kunt verwachten; boordevol riffs, hooks en solo’s en met zangpartijen die veel weg hebben van Megadeth’s Dave Mustaine. Luister maar eens naar het weergaloze titelnummer. Verdere luistertips: „Creepin’ Again” en „The One You Serve”.
BLIKSEM
Grueseome Masterpiece
(Iron Will/Rough Trade)
Stan Novak
85
Aan de kwaliteiten van Bliksem heb ik nooit getwijfeld. Een gezonde dosis talent gekoppeld aan een enorme vastberadenheid heeft deze semi-thrashband uit Antwerpen de achterliggende jaren aardig op de kaart gezet. Het siert de band dat het met de opvolger van debuut ‘Face The Evil’ niet voor de weg van de minste weerstand kiest. Integendeel, Bliksem heeft verbreding gezocht en gevonden. Op ‘Gruesome Masterpiece’ is namelijk veelzijdigheid troef. Naast dynamiek in de muziek blinkt ook zangeres Peggy Meeussen uit in stijlflexibiliteit. De felle sneer heeft nog aan kracht gewonnen, maar ook op melodieus vlak weet ze ditmaal te overtuigen. De plaat opent voortvarend met het felle „Crawling In The Dirt”, dat alles heeft waar een goede thrashsong om vraagt. Het onberispelijke ‘KYWAS’ gaat daar vervolgens nog eens overheen; de rek is er op thrashvlak dus zeker nog niet uit. Na deze bliksemstart verlaat de band het vertrouwde pad om met de meer gematigde tracks „Room With A View” en „Mistress Of The Damned” zijn meest kleurrijke kant te tonen. Mede door de prima zang vormen dit voor mij de hoogtepunten van de plaat. „The Hunt” is vervolgens een vrij standaard beuker, die ondanks het pakkende refrein het sprankelende van zijn vier voorgangers mist. Het langgerekte doomepos „Morphine Dreams” is echter weer uitstekend. Het compacte „Twist The Knife” brengt de vaart er vervolgens weer in en „Barbaric Nation” is een verrassend sterke headbanger met wederom sterke doominvloeden. Het bijzonder heftige „Fucked Up Avenue” zorgt daarna met zijn genadeloos einde voor een tijdelijke knockout. Rest afsluiter „Out Of The Darkness”, een krachtige en bijzonder geslaagde semi-ballad waaraan alles klopt en die de progressie van Bliksem andermaal onderstreept.
HARLOTT
Proliferation
(Metal Blade/PIAS)
André Verhuysen
77
Thrash uit Australië, da’s weer eens wat anders. Hoe dat klinkt, daar beneden? Vooral heel erg als het snellere werk van Annihilator als je het mij vraagt. Met van die heerlijk weghakkende Jeff Waters-riffs. Af en toe zijn de nummers zelfs zó snel – „Systematic Reduction” is bijvoorbeeld na anderhalve minuut al weer afgelopen! – dat ik me hardop afvraag of er in de studio misschien stiekem aan wat knopjes gedraaid is. Zo niet, dan kunnen we met name de drummer gerust een geweldenaar noemen, al wil ik de andere muzikanten ook zeker niet tekort doen. Ik ga in november in elk geval zeker kijken wanneer Harlott onze contreien aandoet voor enkele shows. En die zijn uitgerekend in het voorprogramma van, juist ja… Annihilator. Dat kan interessant worden.
DISTURBED
Immortalized
(Reprise/Warner Music)
Robert Haagsma
80
In 2011 waren de heren er even helemaal klaar mee. De stekker werd uit Disturbed getrokken, al was dat tijdelijk, bezwoeren ze de verschrikte fans. We hebben kunnen zien hoe de bandleden in achterliggende jaren overal opdoken. David Draiman begon Device, John Moyer werd bassist in Adrenaline Mob en Operation: Mindcrime, gitarist Dan Donegan en drummer Mike Wengren startten Fight Or Flight. Het is altijd de vraag hoe zo’n groep uit zo’n zelfgekozen pauze terugkomt. Om maar met de conclusie te beginnen: goed. De typische sound van Disturbed staat er nog altijd. Het wordt opnieuw gedomineerd door hoekige, militante tempo’s en felle zanglijnen van Draiman. De band klinkt tegelijkertijd gerevitaliseerd. De songs klinken energiek en vooral gitarist Dan Donegan heeft meer ruimte gekregen om ze in te vullen. De band wijkt ook wat vaker van het pad af, zoals met het lichtvoetige „You’re Mine”. Disturbed bewees al eerder leuke dingen te kunnen doen met covers van songs van Judas Priest, Genesis, Faith No More en Tears For Fears. Op ‘Immortalized’ staat een ingetogen versie van „The Sound Of Silence” van Simon & Garfunkel. Het is lastig om te zingen, maar Draiman slaat zich er manmoedig doorheen. Het album in zijn geheel laat vooral horen hoe zinvol een pauze kan zijn.
MOTÖRHEAD
Bad Magic
(UDR Music/ADA/Warner)
Stephan Gebédi
83
Nog geen jaar geleden leek het einde van Motörhead nabij. Lemmy’s gezondheid holde in sneltreinvaart achteruit, hij viel in korte tijd enorm af, toer na toer werd afgezegd en áls hij al een keer op de planken stond, leek het meer een zielig hoopje mens. Maar ziedaar, Motörhead treedt anno 2015 weer vrolijk op en Lemmy geeft in interviews doodleuk aan dat hij weliswaar is gestopt met coke, whisky en speed, maar dat hij nu is overgestapt op wodka, omdat dat beter samengaat met zijn suikerziekte! En met ‘Bad Magic’ verschijnt er nu zelfs een prima nieuwe plaat. Wat opvalt is dat er flink wat snelle, stevige nummers op staan. Op „Thunder & Lightning”, „Shoot Out All Your Lights” en „Teach ‘Em How To Bleed” ligt het tempo lekker hoog. Daarnaast staan er uiteraard ook een aantal lekkere rock-’n-roll-nummers en zelfs een redelijke geslaagde ballad op de plaat. En wat te denken van het pompende, dreigende „Choking On Your Screams”, dat door de ruige zang enigszins aan „Orgasmatron” doet denken. Over ruig gesproken, het refrein van „Evil Eye” mag er wat dat betreft ook zijn, een van de beste nummers van ‘Bad Magic’. Het album wordt afgesloten met de Stones-cover „Sympathy For The Devil”, dat prima wordt uitgevoerd, maar weinig toevoegt aan het origineel. Conclusie: ‘Bad Magic’ is Motörheads beste plaat sinds ‘Inferno’. Petje af!
MUSTASCH
Testosterone
(Gain/Sony Music)
André Verhuysen
80
De kracht van Mustasch was tegelijk ook altijd de achilleshiel, namelijk de grote verscheidenheid aan stijlen die de Zweden ons telkens weer voorschotelden. Het was daardoor moeilijk om een vinger te leggen op wat Mustasch nu precies beoogde. Grofweg hield de band al een paar platen lang het midden tussen Metallica ten tijde van het ‘Black Album’ en The Cult circa ‘Sonic Temple’, maar dat mag je ruim interpreteren. Uitstapjes richting Rammstein en Judas Priest werden namelijk ook niet geschuwd. Tot nu, want ‘Testosterone’ is het eerste Mustasch-album dat niet voortdurend van de hak op de tak springt. Waarom dat is? In het kort: bandbaas Ralf Gyllenhammar heeft de touwtjes ditmaal uit handen gegeven en het schrijven van de songs overgelaten aan gitarist Davis Johanesson. Een dappere daad, met een prachtplaat als resultaat. The Cult laat zich als invloed nog steeds sterk gelden, niet in de laatste plaats vanwege Gyllenhammars prettige stemgeluid, dat meer dan een beetje doet denken aan The Cults Ian Astbury. Een behoorlijk accent is hem echter ook niet vreemd. Wellicht dat dat een internationale doorbraak van Mustasch al die tijd in de weg heeft gestaan. Hoe dan ook, Metallica horen we niet langer terug. Danzig daarentegen des te meer, maar daar hoor je mij niet over klagen. Conclusie: ‘Testosterone’ bevat tien songs, duurt 38 minuten en is de beste The Cult-plaat die de The Cult nooit maakte.
SLAYER
Repentless
(Nuclear Blast/PIAS)
Stephan Gebédi
85
De meeste bands kunnen er alleen maar van dromen ooit een échte klassieker uit te brengen. Slayer heeft echter al zeker een stuk of vijf klassiekers uitgebracht en twee daarvan, ‘Hell Awaits’ en ‘Reign In Blood’, worden vaak zelfs genoemd als de beste metalplaten aller tijden. Zelfs de ‘mindere’ Slayer-platen hoor ik nog altijd liever dan het gros van de hedendaagse metalreleases. Toch ligt de band bij elk nieuw album weer zwaar onder vuur. Sommige mensen klagen dat het elke keer meer van hetzelfde is, maar áls de band dan een keer licht experimenteert, zoals op ‘Diabolus In Musica’, is het hek ook van de dam. De vorige Slayer-plaat ‘World Painted Blood’ stond vol met lekkere nummers, maar werd deels om zeep geholpen door de matige productie van Greg Fidelman. Op dat vlak is ‘Repentless’ alvast een flinke verbetering. Ofschoon de bas en de kickdrums misschien nét iets harder en duidelijker in de mix hadden gemogen, heeft Terry Date dit album een vette, maar ook vertrouwde sound meegegeven. Na het duistere intro „Delusions Of Saviour” hakt het ijzersterke titelnummer er vet in. „When The Stillness Comes”, „Implode” en het lekker opgefokte „Atrocity Vendor” waren net als „Repentless” reeds eerder te horen. Het zijn meteen ook de nummers die het meest een old-school Slayer-gevoel uitdragen. „Take Control” daarentegen, klinkt een stuk moderner en heeft een vrij drukke songstructuur, waarin langzame en snelle stukken elkaar afwisselen, maar dat werkt ook prima. Paul Bostaph gaat overigens behoorlijk los op dit album. Elk nummer zit boordevol heerlijke roffels en drumfills, en ofschoon Dave Lombardo natuurlijk dé Slayer-drummer bij uitstek blijft, zorgt Bostaph ervoor dat hij op dit album niet wordt gemist. Ook het gitaartandem Holt/King is goed of dreef. Luister maar eens naar de hysterische solo’s in „You Against You”. Dat Gary Holt een supergitarist is, wisten we natuurlijk al, maar ook Kerry King soleert beter en gerichter dan ooit. Met het afsluitende „Pride In Prejudice” bewijst Slayer dat het ook nog steeds sterke, langzame nummers kan maken. Toch zijn er ook wat minpunten aan ‘Repentless’. Een aantal nummers, „Chasing Death” bijvoorbeeld, laat ook na meerdere luisterbeurten geen blijvende indruk achter. Natuurlijk, ze klinken op zich niet verkeerd, er wordt heerlijk gemusiceerd en Tom Araya zingt prima. Toch missen ze net even die te gekke über-riffs en de hysterische felheid van vroeger. Verklaarbaar is het wel. Deze plaat is immers gemaakt door vijftigers en niet door twintigers. Slayer is desondanks nog steeds de meest geloofwaardige band van de zogenaamde Big Four en voegt met ‘Repentless’ wederom een prima plaat aan een indrukwekkende discografie toe. Maar een nieuwe klassieker? Nee, dat is het helaas niet geworden.
SOILWORK
The Ride Majestic
(Nuclear Blast/PIAS)
Robbie Woning
82
Veelzijdiger dan het nieuwe album van Soilwork kan metal eigenlijk niet klinken. Dit negende studioalbum laat de luisteraar alle hoeken van het metalen spectrum zien en horen. Uit video-opnames die drummer Dirk Verbeuren vanuit de studio op internet plaatste, werd al snel duidelijk dat ‘The Ride Majestic’ een behoorlijk hard en woest doorbeukend album zou worden. De andere muzikanten laten zich van harte meeslepen door de blastbeats van de Belgische slagwerker. Maar ook de melodie, van oudsher het handelsmerk van Soilwork, druipt aan alle kanten van het album. Laatst overgebleven oerlid Björn Strid heeft nog altijd een krachtvolle strot en ook een aangename ‘normale’ stem. De agressie en zuivere klanken zijn weer kundig vermengd. Er wordt vlekkeloos gespeeld, maar gelukkig ook met veel bezieling en zonder enige remming. De plaat klinkt in eerste instantie wel wat overweldigend. Dat komt deels door de harde mastering, maar ook zeker doordat de band in twijfelgevallen graag nog wat extra zanglijntjes of gitaarloopjes dubbelt. Na enkele luisterbeurten begint de muziek steeds meer te leven en komen subtiele herkenningspunten en pakkende zanglijnen steeds meer bovendrijven. Toen in het verleden bekend werd dat de gitaristen Ola Frenning en uiteindelijk zelfs Peter Wichers uit Soilwork stapten, heb ik me wel eens afgevraagd hoe het toch met de band verder moest. Luisterend naar de nieuwe plaat kun je alleen maar concluderen dat het verse bloed Soilwork de laatste jaren juist in leven heeft gehouden. ‘The Ride Majestic’ is bijzonder knap gecomponeerd en heeft alles in zich om ook op langere termijn te blijven boeien.