10maal Eremetaal Oktober 2017

 

10 maal Eremetaal in Oktober 2017

 

ACT OF DEFIANCE

Old Scars, New Wounds

Metal Blade/PIAS
André Verhuysen
78

Het verhaal is bekend en anders hier nog eens in een notendop: gitarist Chris Broderick en drummer Shawn Drover verlieten in 2014 kort na elkaar Megadeth en startten een nieuwe band. Amper tien maanden later bracht Act Of Defiance al een debuutalbum uit: ‘Birth And The Burial’. Een uitstekende plaat, die gekenmerkt werd door een hoog Megadeth-gehalte. Begrijpelijk, want Broderick en Drover speelden respectievelijk zes en tien jaar aan de zijde van Zijne Koninklijke Roodheid. Inmiddels zijn we twee jaar verder en is er een opvolger. Op ‘Old Scars, New Wounds’ verzet Act Of Defiance de muzikale bakens amper. De meeste riffs en solo’s lijken wederom te zijn gecomponeerd met Megadeth in gedachten. Wie had gehoopt dat er ditmaal wat zou doorsijpelen van Brodericks andere voormalige bands, Jag Panzer en Nevermore, die komt bedrogen uit. Wel meen ik wat meer invloeden uit de Zweedse scene van medio jaren negentig (lees: In Flames en At The Gates) waar te nemen, met name waar het de zang van Henry Derek betreft. Echt grote verschillen met het debuutalbum zijn er echter niet. Het is eigenlijk gewoon meer van hetzelfde, maar in het geval van Act Of Defiance kan ik daar prima mee leven. Hoogste tijd dat de heren hier eens komen optreden.


 

ARCH ENEMY

Will To Power

Century Media/Sony Music
Metal Mike
82

Als je Arch Enemy zegt zeg je eigenlijk Michael Amott. Niet dat de rol van drummer Daniel Erlandsson, bassist Sharlee D’Angelo, zangeres Alissa White-Gluz of nieuwbakken gitarist Jeff Loomis er niet toe doen, maar muzikaal gezien is Amotts wet wil. Hij schrijft het leeuwendeel van het materiaal en is de bewaker van de sound die de band in 2001 met ‘Wages Of Sin’ en met een zangeres achter de microfoon richting metaltop begon te sturen. ‘Will To Power’ verschilt dan ook niet zoveel met voorganger ‘War Eternal’. Vanaf de openingstrack „The Race”, voorafgegaan door het instrumentale intro „Set The Flame To The Night”, rijgt de band melodieuze riffs aan elkaar. Het Schenker-achtige soleerwerk van Amott herken je meteen, net zoals de vingervlugge loopjes die Loomis ook al bij Nevermore ten toon spreidde. Degene die hoopte dat de blonde gitarist ook compositorisch zijn bijdrage mocht leveren zit ernaast. De enige verandering is de rol van Alissa (spreek uit: Alliesa) in de ballad „Reason To Believe”, waar je haar ‘normaal’ hoort zingen, een rol die ze eerder al bij Kame­lot en eenmalig bij Nightwish vertolkte. Een andere opvallende track is de afsluiter „A Fight I Must Win” dat door de inzet van strijkers lekker bombastisch klinkt. Degene die het vorige album goed vond kan ‘Will To Power’ meteen aanschaffen.


 

CRADLE OF FILTH

Cryptoriana – The Seductiveness Of Decay

Nuclear Blast/PIAS
Stephan Gebédi
85

Ofschoon er weinig mis was met ‘Hammer Of The Witches’, het vorige Cradle Of Filth-album, lukte het Dani en co niet om de successen die de band aan het eind van de vorige eeuw boekte ermee te benaderen. Met ‘Cryptoriana – The Seductiveness Of Decay’ haakt de band zowel qua composities als bezieling in ieder geval weer behoorlijk aan bij albums als ‘Dusk And Her Embrace’, ‘Cruelty And The Beast’ en ‘Midian’. Met andere woorden, Cradle is eigenlijk ‘gewoon’ in bloedvorm en dat heeft geresulteerd in hun sterkste album sinds jaren. Of het nieuwe schijfje net zo’n impact zal hebben als bovengenoemde klassiekers blijft natuurlijk de vraag, maar feit is dat de band anno 2017 bezield en gretig klinkt. Snelle en groovende passages wisselen elkaar prima af, de nummers zitten vol herkenbare, pakkende melodielijnen en de welbekende ‘Hallowed Be Thy Name on speed’-gitaarloopjes. De soms thrashy riffs zorgen voor de nodige agressie. Nummers als „Wesper Vespertine”, „Death And The Maiden” en het zeer felle „Seductiveness Of De­cay” hadden niet misstaan op eerdergenoemde albums. De lineup van de band lijkt de laatste jaren ook weer iets constanter. Drummer Martin Škaroupka is alweer jaren een vaste waarde en zangeres/keyboardspeelster Lindsay School­craft heeft deze keer ook een iets prominentere rol toebedeeld gekregen. Oppersmurf Dani krijst er als vanouds op los. Concluderend kunnen we zeggen dat de band een uitstekend album heeft afgeleverd dat tot hun betere werk gerekend mag worden. Als kers op de taart krijgen we ook nog een uitermate geslaagde coverversie van Annihilators „Alison Hell” te horen.


 

DIABLO BLVD

Zero Hour

Nuclear Blast/PIAS
Bastiaan Tuenter
85

Diablo Blvd kan een flinke klapper gaan maken met ‘Zero Hour’. Drie jaar geleden was ‘Follow The Deadlights’ al een ferme stap vooruit, maar nu kan de dark grooverockband met ‘Zero Hour’ nog veel verder reiken. Niet alleen omdat er is getekend bij Nuclear Blast, overigens als eerste Belgische act, of omdat er steeds meer live gespeeld wordt, maar vooral omdat de mannen hier boven zichzelf uitstijgen. Nummers als „The Song Is Over”, „Animal” en „Like Rats” hoef je maar één keer te horen om de verslavende werking ervan te herkennen. Ook „Sing From The Gallows” is zo’n fantastische song. Het lijkt er overigens op dat frontman Alex Agnew voor de inspiratie voor die track samen met Nick Holmes van Paradise Lost een filmavond organiseerde – zie interview PL – maar dat terzijde. Agnew zelf is uitstekend bij stem en stipt enkele actuele, zinnige kwesties aan, terwijl de band zijn zelfbenoemde genre eer aandoet. De ritmesectie strooit inderdaad constant met lekkere grooves, terwijl de heren gitaristen met vette rockriffs ook veelvuldig een duistere sfeer oproepen. De invloeden van Diablo Blvd zijn in het verleden al vaak genoeg aangehaald, maar ‘Zero Hour’ verdient dat niet, want het album mag zich zonder blikken of blozen naast het beste werk van die invloedrijke bands scharen. De prima sound en een fantastische hoes maken het verhaal compleet.


 

EVIL INVADERS

Feed Me Violence

Napalm/PIAS
André Verhuysen
80

Amai. Het is lang geleden dat ik zo’n afzichtelijke hoes gezien heb als deze. Nou waren de voorkanten van eerdere Evil Invaders-albums ook al geen Rembrandts, maar deze is echt spuuglelijk. Of zou het een verwijzing zijn naar de jaren tachtig, toen dit soort gedrochten schering en inslag waren? Muzikaal staat Evil Invaders namelijk met twee benen in die roemruchte tijd. Het Belgische viertal bestookt ons sinds 2013 met een energieke mix van Flotsam And Jetsam, Slayer, Agent Steel, Savage Grace en vanzelfsprekend Razor; Evil Invaders vernoemde zich immers naar een album van de Canadese band. Old-school speed metal dus, balancerend op de flinterdunne scheidslijn met thrash metal, maar dan wel van de beste soort. Het hoorbare enthousiasme waarmee de plaat is ingespeeld, de ongebreidelde energie die er vanaf spat, de flitsende gitaarsolo’s en -harmonieën en de voor de jaren tachtig zo kenmerkende hoge zang; het plaatje klopt tot in de puntjes. Voorganger ‘Pulses Of Pleasure’ was al niet van verkeerde ouders, maar op ‘Feed Me Violence’ vallen alle puzzelstukjes op hun plaats. Behalve die onbegrijpelijke hoes dan.


 

THE HAUNTED

Strength In Numbers

Century Media/Sony Music
Wouter Dielesen
82

Met de terugkeer van zanger Marco Aro en drummer Adrian Erlandsson en het aantrekken van gitarist Ola Englund hervond The Haunted zich in 2013. Bewijs daarvan was de achtste studioplaat ‘Exit Wounds’; een regelrechte voltreffer. Met dezelfde line-up brengt de band uit Gotenburg nu ‘Strength In Numbers’ uit. Russ Russell (Napalm Death, Evile, Lock Up) produceerde niet alleen de plaat, hij drukte ook een flinke stempel op de songs. Dat deed ook Englund, die voor het eerst nauw betrokken was bij het schrijfproces. Toch klinken de negen nummers duidelijk als The Haunted; vol potig drumwerk, krachtige brulvocalen en veel sterke riffs. Neem de treffend getitelde buldertrack „Brute Force”, woeste stamper „Tighten The Noose” of riffmonsters „The Fall” en „Means To An End”. Tegelijkertijd bevat het album ook noviteiten, zoals een nummer met cleane gitaren („Spark”), het in gelijke mate aan Slayer, Pantera en Lamb Of God gerelateerde „Preacher Of Death” en het sludgy „This Is The End”. Met ‘Strength In Numbers’ toont The Haunted aan nog steeds over meer dan voldoende goede ideeën te beschikken. Genoeg ook om een twintigjarige metalcarrière te rechtvaardigen. En om de speciale uitgave van de plaat aan te vullen met maar liefst twee bonustracks: „Illusions” en „Sinister”.


 

PARADISE LOST

Medusa

Nuclear Blast/PIAS
Robert Haagsma
90

Medusa is een vrouwspersoon uit de Griekse mythologie. In plaats van een weelderige haardos kronkelden giftige slangen rond haar hoofd en iedereen die het waagde om haar in de ogen te kijken, versteende ter plekke. Het gegeven inspireerde Chris Holmes bij het schrijven van de teksten voor dit nieuwe album van Paradise Lost, waarbij hij er een eigen draai aan gaf. Het afwenden van de blik staat voor het krampachtig negeren van de zinloosheid van het aardse bestaan. Het is een somber gegeven dat natuurlijk op het lijf geschreven is van de Britse formatie. De geschiedenis is bekend. Eind jaren tachtig diende het gezelschap zich aan en schreef niet veel later geschiedenis door op een superieure manier death- en doom metal te combineren. In latere jaren rukten invloeden uit de rock en new wave op, maar met het tien jaar geleden verschenen ‘In Requiem’ begon de band op die schreden terug te keren. Op de albums die volgden werden de gitaren prominenter, ging het tempo weer omlaag en haalde Holmes steeds vaker zijn vertrouwde gromstem van stal. De reacties van pers en publiek waren enthousiast, ook al omdat het gewoon erg sterke albums waren. Wie de afgelopen jaren lekker wegsomberde bij het nieuwe werk van Paradise Lost, kan ook ‘Medusa’ blind aanschaffen. Al is het maar omdat de ontwikkeling zich verder voortzet. Een voorbeeld is „Gods Of Ancient”, een episch nummer vol slepende akkoorden en een Nick Holmes die gromt en schreeuwt alsof zijn zielenheil op het spel staat. Het is ook een nummer waarop Waltteri Väyrynen, alweer een nieuwe drummer, overtuigend zijn stempel drukt. Overigens is er ook nog steeds ruimte voor melodie, zoals blijkt uit het titelnummer waarop de zanger dan ook zijn cleane stem laat horen en dat gedragen wordt door een schitterende melodie. Het zijn twee hoogtepunten op een album dat in zijn verstikkende somberheid van begin tot eind de aandacht gevangen houdt. Paradise Lost heeft opnieuw een meesterwerk afgeleverd.


 

SHRAPNEL

Raised On Decay

Candlelight/Caroline
André Verhuysen
78

Goede thrash metalreleases waren dun gezaaid deze zomer. Maar de herfst begint in elk geval goed: op 29 september verschijnt namelijk het tweede album van Shrapnel. De jonge honden gaan op ‘Raised On Decay’ door waar ze op debuutalbum ‘The Virus Conspires’ ophielden, maar dan met iets meer variatie. Ze kopiëren niet langer klakkeloos Slayer, maar kijken ditmaal ook verder dan hun Engelse neuzen lang zijn. Ik hoor Exodus, ik hoor Annihilator, ik hoor Testament en ik hoor Megadeth. Maar bovenal hoor ik een band die snaarstrak musiceert, het tempo van begin tot eind moordend hoog houdt en zijn muziek ook nog eens glashelder heeft geproduceerd. De originaliteitsprijs gaat Shrapnel er niet mee winnen, maar lekker is het wel. Thrashers weten genoeg.


 

SONS OF TEXAS

Forged By Fortitude

Razor & Tie/Caroline
Robert Haagsma
78

Deze uit Texas (duh) afkomstige formatie debuteerde twee jaar geleden met ‘Baptized In The Rio Grande’, een album vol groovende metal waarbij het onmogelijk was om niet te denken aan Pantera. Intense zang, aanstekelijke tempo’s en effectief akkoordenwerk – alles klopte. Een enkele ballad en een knipoog naar de lokale bluestraditie maakte het af. Het debuut viel vooral in eigen land in goede aarde, dus zal het niemand verbazen dat de tweede plaat uit goeddeels dezelfde ingrediënten samengesteld is. Het is daarmee opnieuw een wat schizofreen album. Vervaarlijk hard werk staat schouder aan schouder met songs als „Cast In Stone” en „Beneath The Riverbed”, te vinden halverwege het album, die vooral gemaakt lijken te zijn om op de radio te komen. Nickelback en 3 Doors Down zijn in elk geval heel even niet ver weg. Enig opportunisme is de zonen van Texas dan ook niet vreemd, maar daar staat wel tegenover dat alles geweldig in elkaar zit. Mark Morales is een uitstekende zanger, het gitaarspel is smaakvol en de ritmesectie swingt als een beest.


 

THRESHOLD

Legends Of The Shires

Nuclear Blast/PIAS
Diederick RR9660
85

Threshold bestaat volgend jaar dertig jaar en brengt met ‘Legends Of The Shires’ voor het eerst een dubbelalbum uit met een centraal thema. Meer informatie over het interessante en actuele concept achter ‘Legends…’ vind je in het interview met toetsenist Richard West elders in deze editie. In dat artikel komt ook het vertrek van zanger Damian Wilson en gitarist Pete Morten uitgebreid aan de orde. De overgebleven mannen hebben besloten (voorlopig) geen tweede gitarist aan te trekken en vroegen na het vertrek van Wilson voormalig zanger Glynn Morgan terug in de band. Die hapte maar al te graag toe. Threshold is inmiddels ook een heel wat grotere naam dan in 1994, toen Morgan het album ‘Psyche­de­lica­tessen’ inzong. Van de drie zangers die Threshold heeft gehad, is Morgan naar mijn mening de minst opvallende. Hij mist de warmte die de veel te vroeg overleden Andrew ‘Mac’ McDermott had en zijn stembanden hebben ook niet het unieke karakter van Damian Wilson. Ik hield dan ook mijn hart vast toen ‘Legends Of The Shires’ zijn eerste rondje draaide. Maar de eerste indruk ‘valt me niet tegen’ heeft inmiddels plaatsgemaakt voor oprecht enthousiasme. De nummers zitten na een paar keer luisteren stevig in je kop verankerd en de teruggekeerde Morgan kleurt de nummers met verve in. Hij overtreft zijn eerdere prestatie uit 1994 met gemak. Het album kent verder een mooi, terugkerend thema („The Shire”) en de contrasten tussen hard en zacht zijn nog wat verder aangescherpt. „Trust The Process” mag van mij trouwens meteen een permanente plek in de setlist krijgen, klasse song! Maar er zijn meer hoogtepunten, waarvan de typische Threshold-beuker „Small Dark Lines” er één is. ‘Legends Of The Shires’ steekt ook ruim boven het in 2014 verschenen ‘For The Journey’ uit, dat achteraf gezien voor Threshold-begrippen ietwat saai was. Het nieuwe album is afwisselender, avontuurlijker en daardoor ook spannender!