10xEremetaal Augustus/September 2013

 

10xEremetaal in Augustus/September 2013

ANNIHILATOR

Feast

(UDR)
Robert Haagsma
80

Na een vliegende start met ‘Alice In Hell’ (1989) en ‘Never, Neverland’ (1991) leek in de tweede helft van de jaren negentig de magie te wijken van de Canadese band rond gitarist Jeff Waters. De afgelopen tien jaar vuurt hij echter louter voltreffers af. ‘Annihilator’, het vorige album, was bijvoorbeeld al erg overtuigend. Dat geldt zeker zo sterk voor ‘Feast’, dat de muzikant opnam met zijn inmiddels vaste zanger Dave Padden. Het album bevat eigenlijk alles wat we van een goede plaat van Annihilator mogen verwachten: een combinatie van superstrakke riffs en virtuoze solo’s, felle zang, pakkende songs en een stevige sound. Wat Annihilator al vanaf de eerste plaat van de vele collega’s onderscheidde, waren de speelse zijsprongetjes. Een speels ritme hier, een jazzy gitaarlick daar. Of voor de smaak een mysterieus geluidseffect. Ook die zijn allemaal weer present op ‘Feast’. „No Surrender” begint lekker losjes, om in de hoogste versnelling verder te gaan, terwijl halverwege uit een film geciteerd lijkt te worden. „Perfect Angel Eyes” is een opvallend melodieuze ballad, met een hoofdrol voor de akoestische gitaar. Door zoveel variatie te bieden, zorgt Waters dat het in de basis degelijke werk tot de laatste seconde blijft boeien. Naast de standaard-CD is er een luxe versie met een bonus-CD met vijftien opnieuw opgenomen hoogtepunten uit het oeuvre van Annihilator.


DEVILDRIVER

Winter Kills

(Napalm/Rough Trade)
Marlous de Jonge
85

DevilDriver is terug! Na twee roerige jaren waarin de band de overstap maakte van Roadrunner naar Napalm, bassist Jonathan Miller vertrok om zich te laten opnemen in een afkickkliniek, en frontman Dez Fafara zijn voormalige band Coal Chamber nieuw leven inblies, brengt DevilDriver eind augustus zijn zesde studioalbum uit. Na het tegenvallende ‘Beast’ uit 2011 levert de band met ‘Winter Kills’ gelukkig weer een ware topplaat af. Alles aan dit album klopt namelijk. Waar het op ‘Beast’ vooral om zo hard mogelijk spelen ging, is ‘Winter Kills’ juist verfijnder en coherent. De songs steken stuk voor stuk goed in elkaar en sluiten mooi op elkaar aan. Hard en snel, maar ook groovend en melodieus. DevilDriver klinkt weer bevlogen. ‘Winter Kills’ staat dan ook bomvol potentiële hits. Tracks als „Ruthless” (probeer dat lekkere gitaarloopje maar eens uit je hoofd te krijgen!), het enorm catchy „The Appetite” en de sterke titeltrack worden geheid livefavorieten. Verrassend is de Awolnation-cover „Sail”, een nummer over omgaan met ADHD. Fafara, zelf ook gediagnosticeerd met deze stoornis, hoorde één van zijn zoons naar het nummer luisteren, en herkende zichzelf zo in de tekst dat hij besloot het met zijn band op te nemen. Absolute aanrader.


FIVE FINGER DEATH PUNCH

The Wrong Side Of Heaven And The Righteous Side Of Hell: Volume 1

(Eleven Seven Music)
Bastiaan Tuenter
75

De bandnaam is ontleend aan de mythische moordtechniek die in de Tarantino-film ‘Kill Bill’ wordt nagejaagd. De ‘five finger death punch’ is natuurlijk klinkklare onzin, maar gitarist Zoltán Báthory, die in zijn vrije tijd diverse vechtsporten beoefend, zag er de humor wel van in. Wat begon met een glimlach is inmiddels een dikke vette grijns geworden. De Hongaarse Amerikaan vult met Five Finger Death Punch inmiddels arena’s in de Verenigde Staten. Ook gingen er een half miljoen exemplaren van het vorige album ‘American Capitalist’ over de toonbank. Vanwege dat succes, en omdat in de oefenruimte de songs maar bleven komen, verschijnt ‘The Wrong Side Of Heaven And The Righteous Side Of Hell’ in twee delen: ‘Volume 1’ nu en ‘Volume 2’ aan het einde van dit jaar. Klinkt ambitieus, maar in feite doet het vijftal niets meer of minder dan op de voorgaande drie albums. En met dat succes, waarom zouden ze ook? Never change a winning formula. De uitvoering van de Amerikaanse spierballenmetal met oppompende riffs, testosteronrijke vocalen en meebrulrefreinen is er niet minder om geworden. De hele band heeft nog steeds zijn typerende groovesound, alsof beide gitaristen centimeters dikke snaren hebben, en dat luistert lekker weg. Op den duur worden de nummers, hoe aanstekelijk en inventief ook, wel wat gezapig. Gelukkig zijn er een aantal gasten die voor de broodnodige variatie zorgen. Wellicht voegt de metalgod Rob Halford in opener „Live It Up” nog het minste aan het bandgeluid toe, maar rapper Tech-9, In This Moments Maria Brink en Soulfly’s Max Cavalera geven de songs wel degelijk meer jeu. Luistertips: „Burn M.F.”, „Watch Me Bleed” en „Anywhere But Here”.


MERCENARY

Through Our Darkest Days

(NoiseArt/Rough Trade)
Patrick Lamberts
75

Met het in 2011 verschenen ‘Methamorphosis’ wist Mercenary een grote personeelswisseling te overleven. De band bewees het ook met René Pedersen op zang te kunnen. Op ‘Through Our Darkest Days’ laten deze Denen weten dat ze de moeilijkste periode achter zich hebben gelaten. De teksten klinken daardoor positiever dan op zijn zwaarbeladen voorganger. Het lomp harde „Welcome To Sickness” met geweldig melodisch refrein en „Generation Hate” zijn uitzonderingen op die regel. In alles is Mercenary gegroeid: de gitaarpartijen zijn sterker en Pedersen zingt dynamischer. Er spat bovenal een bewonderenswaardige dosis energie van de plaat af. ‘Through Our Darkest Days’ is een prima album geworden, waarop agressie en grootse melodieën hand in hand gaan en het eerder genoemde „Welcome To Sickness” en afsluiter „Holding On To Serenity” met de meeste eer mogen strijken. Mede door de te geproduceerde sound en een paar zwakkere nummers ligt een echt sensationeel album vooralsnog in het verschiet. Liefhebbers van melodieuze metal en de Gotenburgsound kunnen dit album echter blindelings aanschaffen.


REVAMP

Wild Card

(Nuclear Blast/PIAS)
Liselotte Hegt
82

Voormalig After Forever-zangeres Floor Jansen is sinds haar burn-out weer helemaal back in business. Niet alleen is ze sinds vorig jaar de zangeres van Nightwish (weliswaar nog op tijdelijke basis), Floor brengt nu ook het langverwachte tweede ReVamp-album uit. Terwijl de zangeres de laatste maanden de wereld over reisde met Nightwish nam de band onder leiding van toetse­nist/ producer Joost van den Broek intussen de nieuwe nummers op, waarna Jansen bij terugkomst de zaak haarfijn afmaakte. De fans worden met ‘Wild Card’ getrakteerd op de meest agressieve ReVamp-CD tot nu toe. Een harde ‘in-your-face’-plaat waarover Jansen zelf verklaart dat er een aantal persoonlijke gebeurtenissen in verwerkt zijn; emoties die ze letterlijk van zich af schreeuwt. ‘Wild Card’ is vooral tekstueel een openhartig album geworden, waarop de zangeres naast haar bekende vocale visitekaartje ook een rauwe kant van zich laat horen. De muziek wordt naar een harder en venijniger niveau getrokken, aangezet met het virtuoze keyboardspel van Joost van den Broek, terwijl ook de gitaren een moderne en vette sound laten horen. ReVamp blijft echter ook rustige en open momenten opzoeken. Met „Distorted Lullabies” hebben de fans zelfs een powerballad in handen. Net als op het vorige album zijn er gastvocalisten van de partij. Dit keer mogen onder anderen Mark Jansen (Epica) en Marcela Bovio (Stream Of Passion) hun ding doen. De meest verrassende bijdrage komt echter uit de koker van Devin Townsend in „The Anatomy Of A Nervous Breakdown: Neurasthenia”. Al met al moge het duidelijk zijn dat La Jansen weer stevig in haar schoenen staat en klaar is voor een serieuze metalattack!


TROUBLE

The Distortion Field

(FRW/Rough Trade)
Stan Novak
83

‘The Distorion Field’ is de eerste studioplaat van doomlegende Trouble sinds ‘Simple Mind Condition’ uit 2007. Dat op zich is al een heuglijk feit. Heuglijker is echter dat de band op deze achtste uiterst gedreven en inspirerend voor de dag komt. Want laten we eerlijk zijn, dat is wel eens anders geweest. Ook al heeft Trouble altijd verdienstelijke platen afgeleverd, geregeld bleef het gevoel hangen dat er meer in had gezeten. Met ‘The Distortion Field’ is dit echter niet het geval. Ditmaal is meer dan ooit sprake van een evenwichtige en stabiele plaat die op alle fronten overtuigt. Of dit komt omdat de band definitief heeft gebroken met zanger van het eerste uur, überblower en eeuwige lastpak Eric Wagner doet er verder niet toe. Trouble heeft in Kyle Thomas (die al eerder cultbands als Floodgate, Exhorder en Alabama Thunderpussy naar een hoger plan zong) in elk geval een ijzersterke vervanger die met zijn veelzijdige strot de bandsound verrijkt. Geen haan die nog het recht heeft om naar Kory Clarke te kraaien, de hees geschreeuwde (of geblowde) frontman van vergane glorie Warrior Soul, die een tijdje deel uitmaakte van Trouble. Over naar de muziek dan. „When The Sky Comes Down” opent voortvarend en is op en top Trouble met een vleugje Alice in Chains. Ook stampers als „Paranoia Conspiracy” en „The Broken Have Spoken” klinken vertrouwd vanwege de karakteristieke structuren en het herkenbare gitaarwerk van oertandem Franklin/Wartell (overigens de enige overgebleven originele leden). Maar ook tijdens meer ingetogen momenten als `„One Life” en „Have I Told You” blijft de band fier overeind. Het is daarna vergeefs wachten tot de zaak inkakt, want Trouble houdt ons ditmaal de volle dertien songs bij de les. Door de veilige productie klinkt de band bovendien een stuk toegankelijker dan we gewend zijn, zonder dat de oerkracht van de band daaronder leidt. ‘The Distortion Field’ is daarmee een pure verrijking van het Trouble-oeuvre en de band verdient dan ook een groot compliment voor de wijze waarop het zich revancheert. Velen hadden de band immers al afgeschreven. Trouble is de overgangsfase uitstekend doorgekomen, klinkt hechter dan ooit en legt de lat ongewild hoog voor een volgend album.


VISTA CHINO

Peace

(Napalm/Rough Trade)
Robert Haagsma
80

Of hoe uit een hoop ellende toch nog iets goeds kan voortkomen. De afgelopen jaren was John Garcia, ooit zanger van Kyuss, actief onder de namen John Garcia plays Kyuss en Kuyss Lives!. Zoals te verwachten viel, speelde hij tijdens die tournees hoofdzakelijk werk van zijn in 1995 gestopte band. Al die activiteiten riepen de toorn op van het enige oer-lid dat niet participeerde: Josh Homme, zanger/gitarist van Queens Of The Stone Age. Om een lang verhaal kort te maken: de partijen kwamen elkaar tegen bij de rechter, die oordeelde dat een nieuw studioalbum niet onder een Kuyss-achtige naam mocht verschijnen. Dus hebben we nu te maken met Vista Chino, waarin we verder de oude bekenden Brant Bjork (drums) en Nick Oliveri (bas) tegenkomen. Gitarist is de Belg Bruno Fevery, die Garcia de afgelopen jaren al begeleidde. Het kwartet maakt eigenlijk precies de muziek die je van ze verwacht. Het is droog klinkende stonerrock, gedragen door de losse tempo’s van Bjork en het zoemende basspel van Oliveri. Tot wat voor moois dat kan leiden, laat „Planets 1 & 2” horen. Links en rechts grommende gitaren. Fevery past perfect in dat collectief, geen twijfel over mogelijk. De bezwerende zang van Garcia maakt het plaatje helemaal compleet. Het zijn ingrediënten die alle songs op dit album op smaak brengen. ‘Peace’ is daarmee een debuut dat de gewekte belofte moeiteloos inlost. En de titel… ik ben zo vrij die te zien als een handreiking in de richting van Josh Homme. Hopelijk wordt ooit de vrede getekend.


WATAIN

The Wild Hunt

(Century Media/Universal)
Stephan Gebédi
86

Met ‘Lawless Darkness’ leverde Watain in 2010 een van de beste black metalplaten van het laatste decennium af. Het epische werkstuk stond vol ijzersterke, deels genre-ontstijgende songs, maar het scherpe, vieze black metalrandje was nog altijd aanwezig. De ster van Watain rees mede door een sterk imago, een grote bek en aantal incidenten tot grote hoogte en dat heeft geresulteerd in een deal met het grote Century Media Records. Maar hoe volg je een meesterwerk als ‘Lawless Darkness’ op? Watain kiest er op ‘The Wild Hunt’ voor om nog iets verder van de geijkte black metalpaden af te wijken. Bij de eerste nummers van de plaat is daar nog weinig van te merken. ‘De Profundis’ is bijvoorbeeld een lekkere snelle opener en is zeker niet het enige snelle black metalnummer op dit album. Wat wel opvalt is de vrij gladde productie. De smerige gitaarsound van weleer heeft duidelijk plaats gemaakt voor een iets meer mainstream geluid. Als de eerste helft van het nummer „The Child Must Die” dan ook nog eens oppervlakkig en zelfs commercieel klinkt, houd ik mijn hart vast, maar gelukkig herpakt de band zich daarna. En uitgerekend het slepende, epische „They Rode On”, waarop Eric Danielsson verrassenderwijs zijn black metalkrijs inruilt voor cleane zang, groeit uit tot één van de hoogtepunten van de plaat. Dat het nummer een flinke gelijkenis met Nick Cave’s „Where The Wild Roses Grow” vertoont, zien we maar even door de vingers. Ook het sterke titelnummer, waarin de cleane zang meer dan eens aan Pink Floyd („Welcome To The Machine”) doet denken en „Holocaust Dawn” klinken als Watain in topvorm. ‘The Wild Hunt’ is even flink wennen en ik moet toegeven dat het extreem hoge niveau van ‘Lawless Darkness’ niet helemaal wordt gehaald, maar Watain zal met dit album ongetwijfeld een nog groter publiek gaan aanspreken en de volgende stap naar wereldoverheersing is daarmee gezet. Missie geslaagd.


THE WINERY DOGS

The Inheritance

(Loud & Proud/Suburban)
Metal Mike
80

Wanneer je wereldmuzikanten als Mike Portnoy (drums, ex-Dream Theater), Billy Sheehan (bas, Mr.Big, Steve Vai) en Richie Kotzen (gitaar, Mr. Big en Poison) samen laat komen in het trio The Winery Dogs, dan weet je dat het muzikaal gezien wel goed zit. Inderdaad, alwéér een nieuwe groep van Mike Portnoy, die vanwege al die drukte zijn drumkruk bij Adrenaline Mob heeft verlaten. Alle drie de muzikanten nemen weliswaar om de beurt de zang voor hun rekening, maar het is de verbazingwekkend goed zingende Kotzen die het leeuwendeel ervan voor zijn rekening neemt. De zeurende honden maken klassieke rock waarin de muziek van hun grote helden overduidelijk doorklinkt. Zo hoor je Led Zeppelin in „Elevate” en „Not Hope­less”, Jimi Hendrix in „The Other Side” en „Six Feet Deeper” en andere grootheden van de jaren zestig en zeventig. In de moderne, open productie, waarin elk lid ruimte heeft om te excelleren, hoor je ook Alice In Chains-invloeden („We Are One” en „Time Machi­ne”). Met The Winery Dogs heeft Portnoy het handvat waarmee hij zijn liefde voor The Beatles kan uiten, naast de Ringo Starr-tatoeage die al jaren op zijn been prijkt.


WITHERSCAPE

The Inheritance

(Century Media/Universal)
Robert Haagsma
80

Het begon allemaal bijna vijfentwintig jaar geleden met Edge Of Sainty, waar een piepjonge Dan Swanö de zanger en de gitarist van was. In de jaren die volgden dook hij overal op, in en buiten Zweden. Met zijn eigen bands en projecten, als gast op andermans albums en niet in de laatste plaats als technicus en producers van tientallen albums. Weinig muzikanten binnen de Zweed­se metal hebben zo’n indrukwekkend cv opgebouwd. En daar kan weer een nieuw wapenfeit aan toegevoegd worden. Witherscape is een duo van Dan Swanö (zang, drums, toetsen) en Ragnar Wi­der­berg (gitaar, bas). Het debuut is overduidelijk een ode aan de twee favoriete muzieksoorten van het tweetal: typisch Zweedse death metal en diep in de jaren zeventig gewortelde progressieve rock. Het is een combinatie die vergelijkingen oproept met de stijlen waartussen Opeth zich tot voor kort bewoog. Het resultaat is, ook in het geval van Witherscape, heel erg mooi. Vrijwel elk nummer kent momenten die mij op laten veren. Zoals de koortjes in „To The Calling Of Blood And Dreams” of de Rush-achtige melodieën in „Astrid Falls”. Zoals we van hem gewend zijn, overtuigt Swanö zowel met zijn grunts als met meer cleane zang. De solo’s van de illustere Ragnar Widerberg zijn fraai, net als de klanken die zijn collega’s aan de keyboards ontfutselt. Het zag er even naar uit dat Dan Swanö zich vooral in dienst van andere bands wilde stellen. Goed dat hij weer zelf muziek maakt!