STEEL PANTHER
Feel The Steel
Universal
www.myspace.com/steelpantherkicksass
Robert Haagsma
75
‘The most anticipated album ever’ ronkt de sticker vanaf het doosje. Wat heet: de elf songs die het Amerikaanse kwartet Steel Panther in een vlaag van genialiteit voor het nageslacht heeft vastgelegd, maakt het volledige repertoire van alle andere hardrock- en metalbands in één klap volstrekt overbodig. Toch? Nou ja, dat valt allemaal reuze mee. Steel Panther is een grote grap. Het Amerikaanse stel voert ons terug naar de tijden dat het haar hoog opgespoten was, de dames gewillig waren en drank en drugs de enige andere redenen waren om een band te beginnen. Steel Panther oogt dan ook als een kruising tussen Poison en Mötley Crüe. Nu zijn er vaker parodieën geweest, maar nooit werden die zo perfect uitgevoerd als op ‘Feel The Steel’. Wat me wel bevalt is dat er bij het schrijven van de teksten geen politiek correcte rem op de grappen en grollen zat. Collega’s, hoeren, dikke vrouwen, dames in het algemeen; ze krijgen er allemaal van langs in songs als ”Death To All But Metal“, ”Asian Hooker“, ”Fat Girl“ en ”Stripper Girl“. Ook muzikaal zit het geramd. De band bestaat dan ook uit ervaren muzikanten, met gitarist Satchel voorop. Zijn echte naam is Russ Parish, hij is gitaarleraar en toerde onder meer met Rob Halford in Fight. Hij strooit op ‘Feel The Steel’ de fraaiste solo’s in het rond. Het aardigste is toch wel dat in diverse nummers direct gerefereerd wordt aan bestaande bands, zoals Def Leppard en Whitesnake (”Fat Girl“), Van Halen (”Eatin’ Ain’t Cheatin’“) en Bon Jovi (”Party All Day“). Verder zijn er gastbijdragen van onder anderen Corey Taylor (Slipknot), Scott Ian (Anthrax) en Justin Hawkins (The Darkness). Tussen alle doom en gloom die heavy bands ons doorgaans bezorgen, zorgt Steel Panther voor een paar welkome lachsalvo’s.