10xEremetaal December 2013

 

10xEremetaal in December 2013

ARTILLERY

Legions

(Metal Blade/Rough Trade)
André Verhuysen
80

Artillery werd begin jaren tachtig geformeerd in een buitenwijk van Kopenhagen. In de periode daarna ontpopte de band zich tot een van de smaakmakers van de Europese thrashscene, zij het dat de sound van de band altijd op een uitgesproken Amerikaanse leest geschoeid was. Lees: Metallica ten tijde van ‘Ride The Lightning’. Oftewel, niet alleen maar snoeihard, maar ook met een goed oor voor melodie. Na een tienjarige sabbatical kwam de band in 2009 op de proppen met het prima comebackalbum ‘When Death Comes’, in 2011 gevolgd door het nog betere ‘My Blood’. Omdat Artillery deze twee puike platen uitbracht op het krachteloze Poolse Metal Mind-label bleven ze echter onopgemerkt bij het gros der thrashfans. Misschien dat het tij nu keert. ‘Legions’ verschijnt namelijk bij het daadkrachtige Metal Blade. En ‘Legions’ is ook weer gewoon een lekkere plaat die alle kenmerkende Artillery-ingrediënten bevat, te beginnen met de Oosterse gitaarmelodieën, inmiddels zo’n beetje Artillery’s handelsmerk. Rechttoe rechtaan beukwerk is er ook, net als het gebruikelijke smakelijke gitaargeweld van de gebroeders Stühler. Nieuw is Michael Bastholm Dahl, een zanger in de ware zin van het woord. Eentje die echt kan zingen. Een verademing tussen alle schreeuwerds die doorgaans de nieuwerwetse thrashbands aanvoeren. Dahl is Artillery’s derde zanger en met afstand de beste tot nu toe. Hij heeft dan ook een groot aandeel in het feit dat ‘Legions’ Artillery’s beste album tot op heden is.


DOGFACE

Back On The Streets

(AOR Heaven/Rough Trade)
André Verhuysen
78

Wat kunnen we nog zeggen over alleskunner Mats Levén? De Zweedse Myles Kennedy zong onder meer (met de nadruk op méér) bij Ynwie Malmsteen, Treat, Krux, At Vance, Therion en Candlemass. Voordat hij zich een jaar of tien geleden definitief in de kijker zong maakte hij ook twee obscure platen met een band genaamd Dogface: ‘Un­lea­shed’ (2001) en ‘In Control’ (2002). Het waren twee pareltjes met een hoog Deep Purple/Whitesnake-gehalte, niet in de laatste plaats door het stemgeluid van Levén, dat opvallende gelijkenissen vertoont met dat van David Co­ver­dale en Glenn Hughes. Anno 2013 is er ineens een derde album, dat stilistisch de lijn van de twee voorgangers lijnrecht door­trekt. On­ver­valste melodieuze hardrock, voorzien van flitsende gitaarsolo’s, zompige Hammondsounds en vanzelfsprekend de bijzonder krachtige keelklanken van Levén. Nog net zo tijd­loos als dik tien jaar geleden.


FIVE FINGER DEATH PUNCH

The Wrong Side Of Heaven And The Righteous Side Of Hell: Volume 2

(Eleven Seven Music/Warner Music)
André Verhuysen
72

Tweeluiken zijn niets nieuws in de rock- en metalwereld. Guns N’ Roses maakte ‘Use Your Illusion’ in twee delen, Metallica ‘Load’ en ‘Reload’, Opeth ‘Deliverance’ en ‘Dam­nation’, System Of A Down ‘Mezmerize’ en ‘Hypnotize’. Five Finger Death Punch doet het nu ook met ‘The Wrong Side Of Heaven And The Righteous Side Of Hell’. De eerste akte verscheen een maand of drie geleden, deel twee ligt medio november in de winkel. Het grote verschil met bovengenoemde bands is echter dat 5FDP in feite gewoon twee keer dezelfde plaat aflevert. De kleurstelling van de hoestekening is weliswaar anders en op ‘Volume 1’ deed er nog een handvol leuke gastzangers mee (Rob Halford, Max Cavalera, Ma­ria Brink), maar de typisch Amerikaanse spierballenmetal met oppompende riffs, testosteronrijke vocalen en meebrulrefreinen op beide schijfjes is wel heel erg inwisselbaar. Wie er geen genoeg van krijgen kan deze dan ook aan zijn verzameling toevoegen. Minder grote fans hebben aan ‘Volume 1’ meer dan genoeg en missen aan ‘Volume 2’ eigenlijk alleen een flauwe coverversie van „House Of The Rising Sun” (The Animals).


GENERATION KILL

We’re All Gonna Die

(Nuclear/Blast)
André Verhuysen
80

Alle goede bedoelingen van de Warbringers, Havoks en Suicidal Angels van deze wereld ten spijt, het zijn nog steeds de oudjes die de thrashkar trekken. Krasse knarren als On­slaught en Artillery maakten dit jaar zelfs de beste platen uit hun carrière. Generation Kill is eigenlijk de enige jonge thrash­band die me dit jaar weet te overtuigen. Al is ‘jong’ in dit geval natuurlijk geen acurate omschrijving. De band bestaat wel­is­waar pas een jaar of drie, maar de leden ervan zijn gepokt en gemazeld in bands als Exodus, M.O.D. en Pro-Pain. Het bijzonder geslaagde debuutalbum ‘Red, White And Blood’ (2011) klonk dan ook als een dwarsdoorsnede van die drie bands. Deze opvolger klinkt wat gevarieerder. Er zit meer dynamiek in, er is ditmaal ruimte voor rustige stukken. Daarin kan Rob Dukes (tevens Exodus) etaleren dat hij meer kan dan alleen maar schreeuwen, namelijk zingen in de ware zin van het woord. Het doet me bij vlagen zelfs denken aan hoe Chuck Billy bij Testament de ballads zingt. Het zorgt er bovendien voor dat de korte, puntige thrashbrokken zoals „Friendly Fire” en het titelnummer er nog harder in lijken te hakken. Variatie is troef op ‘We’re All Gonna Die’. Dat zouden meer bands moeten doen.


LEGION OF THE DAMNED

Ravenous Plague

(Napalm/Rough Trade)
Robert Haagsma
80

Legion Of The Damned rees een kleine tien jaar geleden op uit de rokende restanten van Occult. Het Limburgse gezelschap sloeg vervolgens twee keer toe. Eerst in 2006 met het debuut ‘Malevolent Rapture’, een jaar later met ‘Sons Of The Jackal’ – twee brokken agressieve thrash/death die geproduceerd werden door Andy Classen. In de jaren die volgden, bleef de band indruk maken. Of het nu om nieuwe albums ging, of nieuwe versies van oud werk. Kennelijk leefde bij Legion Of The Damned het gevoel dat in die prille jaren het beste werk geleverd werd. Terwijl er een deal getekend werd bij een nieuw label en Twan van Geel gitarist Richard Ebisch opvolgde, keerde de band terug naar Andy Classen. Hij is de man die de band het best begrijpt, aldus Legion Of The Damned. Dat laat ‘Ravenous Plague’ ook horen. De band klinkt als herboren. Twan van Geel drukt zijn stempel op het geluid met venijnige akkoorden en felle solo’s. Tien nummers jakkert de band voort. „Summon All Hate” is een van de vele indrukwekkende momenten. Het nummer wordt gedomineerd door verbeten gitaarwerk, terwijl het tempo genadeloos voortbeukt. De agressieve zang van Maurice Swinkels completeert het plaatje. „Doom Priest”, waarin het tempo wat lager ligt en de vocalen deels gesproken zijn, biedt een prettige afwisseling. Zoals altijd bij Legion Of The Damned is alles rond het album heel verzorgd. Het intro van het album is gecomponeerd door Jo Blankenburg, die betrokken was bij de filmmuziek voor blockbusters als ‘X-Men’ en ‘300: Rise Of An Empire’. De oogstrelende hoes is van de hand van Wes Bensecoter, die eerder gestrikt werd door Slayer en Kreator. Allemaal heel fijn, maar het draait natuurlijk om de muziek. En daar is niets op af te dingen. Zelden klonk Legion Of The Damned zo bevlogen.


METAL CHURCH

Generation Nothing

(Red Pak/Bertus)
Metal Mike
80

Metal Church heeft jarenlang tegen hetzelfde probleem aangekeken als bijvoorbeeld Metallica, Anthrax, Queensrÿche of an­dere tijdgenoten. De band kon na een spetterend begin – in dit geval ‘Metal Church’ en ‘The Dark’ – muzikaal gezien nooit meer tippen aan die albums. Elk nieuw werkstuk werd immers steeds gewogen aan die klassiekers en te licht bevonden. Bij MC is dat wel te verklaren, want van de line-up die bij­voorbeeld in 1991 op Dyna­mo Open Air speelde zat niemand meer in de band die er in 2009 mee stopte. Oprichter/gitarist Kurdt Vanderhoof heeft de band dit jaar weer nieuw leven ingeblazen en een album volgepend dat qua stijl duidelijk naar het oude werk teruggrijpt. Het epische „Noises In The Wall” en het opzwepenede „Bulletproof” hadden op ‘The Dark’ niet misstaan. MC is er nog niet helemaal, maar met ‘Generation Nothing’ heeft het een stap in de goede richting gezet.


PRO-PAIN

The Final Revolution

(Steamhammer/SPV/Suburban)
André Verhuysen
78

Van alle metalcorebands waarbij de nadruk ligt op córe zijn er slechts weinig met de gave om telkens weer variaties op het overbekende thema te maken en de boel op die manier boeiend te houden. Ons eigen Born From Pain beheerst dat kunstje erg goed, maar het beste voorbeeld is wellicht Pro-Pain. Het is met name het flitsende gitaarwerk – met heuse shredsolo’s! – dat het Newyorkse trio onderscheidt van alle eenheidsworsten in het genre. De af en toe bijzonder pakkende refreinen doen ook een flinke duit in het zakje. Meer is er eigenlijk niet nodig om van Pro-pain een van de vaandeldragers van het genre te maken, al veertien studioalbums lang. Onno kan tevreden zijn.


RHAPSODY OF FIRE

Dark Wings Of Steel

(AFM/Rock Inc./Bertus)
Liselotte Hegt
80

Vorig jaar stapte gitarist Luca Turilli, een van de belangrijkste songschrijvers van Rhapsody Of Fire, op om vervolgens met zijn Luca Turilli’s Rhapsody een eigen carrière op te bouwen. De achtergebleven bandleden pakten de draad op met nieuwe gitarist Roby De Micheli en brachten begin dit jaar het livealbum ‘Live-From Chaos To Eternity’ uit, waarop duidelijk waarneembaar was dat Rhapsody Of Fire moeiteloos door kon gaan zonder Turilli. ‘Dark Wings Of Steel’ moet nu bewijzen of dat ook voor het studiowerk geldt. Na de eerste luisterronde kan ik concluderen dat de band zich er prima vanaf maakt. Rhapsody Of Fire maakt nog altijd die herkenbare symfonische power metal, gecombineerd met barokke en klassieke elementen, grootse koren en orkestrale arrangementen. Maar daar waar de Italianen zichzelf op het laatste studioalbum ‘From Chaos To Eternity’ behoorlijk voorbijgaloppeerde, klinkt deze nieuwe CD minder over-the-top en zelfs pakkender. Rhapsody Of Fire leunt wat meer op hardrock en heavy metal en kiest daarbij vaker voor een melodieuzer en toegankelijker geluid en meer midtempo’s. Het rockt zelfs bij vlagen. Er is op dit album bovendien met een echt orkest en koor gewerkt, dat de weelderige, klassieke zangstijl van boegbeeld Fabio Lione fraai ondersteunt. De band hoeft zich op het virtuoze vlak eigenlijk niet meer te bewijzen en het valt op dat de gitaar- en keyboardsolo’s relaxter zijn. Het conceptuele karakter van de teksten en de donkere, filmachtige sfeer zijn elementen die deze release als vanouds kenmerken. Hoewel Rhapsody Of Fire een stapje terug lijkt te nemen in overdaad, komt de muziek meer dan prima uit de verf en worden de fans gewoon weer op hun wenken bediend.


STRYPER

No More Hell To Pay

(Frontiers/RoughTrade)
Robbie Woning
78

De reünie van Stryper loopt intussen langer dan de band in eerste instantie bestaan heeft. Sinds 2009 wordt er zelfs weer in de orginele bezetting gespeeld. Van de platen die de afgelopen tien jaar uitkwamen, knalden de coverplaat ‘The Covering’ en de verzamelaar met heropgenomen klassiekers ‘Second Coming’ het meest. Op recente studioalbums als ‘Reborn’ en ‘Murder By Pride’ kwam Stryper wat gematigder en volwassener voor de dag. De muziek was softer, meer zang- dan riffgeoriënteerd, maar tegelijkertijd zeker niet slecht. Op het nieuwste album ‘No More Hell To Pay’ grijpt Stryper deze maand wat meer terug op zijn oorspronkelijke geluid. Dat komt vooral door het levendige gitaarwerk en de toegankelijkheid van de nummers. Wel zijn veel tracks aan de langzame kant en hebben sommige een voor Stryper-begrippen ongebruikelijke melancholieke, zelfs sombere klank. Dat begint al in opener „Revelation” en steekt zelfs laat op de CD in „Sympathy” nogmaals de kop op. Ertegenover staan ook lekkere uptempo nummers als „Saved By Love” en „Legacy”, waarin Michael Sweet er heerlijk op los gilt en de nodige mooie solo’s voorbijkomen. Ook de ballad „The One”, de cover „Jesus Is Just Alright” en de meezinger „Te Amo” zijn prima nummers die zo in de liveset meekunnen. Als luisteraar wordt je zo de hele CD lang heen en weer gesleurd tussen typische Stryper-momenten en wat meer introverte, maar ook zeker niet slechte muziek. Als geheel kan ‘No More Hell To Pay’ er best mee door. De zang van bandleider Michael Sweet klinkt krachtiger dan ooit, de gitaarsolo’s zijn erg cool en zoals we van Stryper gewend zijn, klinkt de CD ook weer prima.


THE VISION BLEAK

Witching Hour

(Prophecy/Suburban)
Liselotte Hegt
82

Het illustere duo Ulf Theodor Schwadorf en Allen B. Konstanz is drie jaar na de release van het laatste wapenfeit ‘Set Sail To Mystery’ (2010) eindelijk weer terug met de vijfde CD ‘Witching Hour’. The Vision Bleak staat bekend om zijn teksten vol horror en sinistere taferelen, verpakt in een markante, spooky sound en dito imago. Op de nieuwe CD neemt The Vision Bleak het thema hekserij onder de loep, een onderwerp waar je natuurlijk makkelijk een plaat mee kunt vullen. Het begint gelijk al geheimzinnig met het instrumentaaltje „Witching Hour”, om daarna met „A Witch Is Born” in volle hevigheid los te barsten. De sound is direct en een muur van rauwe riffs en strakke drums is de leidraad voor de dichterlijke vocale kunsten van Konstanz. De nummers klinken eigenlijk vrij basic en er worden alleen sinistere keyboardgeluiden en een fluit ingezet om die griezelige en duistere sfeer aan te zwengelen. In combinatie met vreemde melodieën, de donkere sfeer en de eigenzinnigheid van deze muzikanten krijgt de muziek een fraaie rouwrand. In alle eenvoud klinkt de muziek wel zo heavy dat het soms zelfs tegen thrash metal aanleunt („Hexenmeister”), waarbij de tempo’s zelfs excelleren tot polkabeats. Luister maar naar het geweldige „Pesta Approaches”. Spanning en onheilspellende gemoedstoestanden worden op verschillende manieren opgebouwd en zo blijft het album boeien tot het eind. De ‘hit’ van deze release is heel duidelijk „The Wood Hag”, waarvoor ook nog eens een geweldig leuke stopmotion videoclip is gemaakt. De muzikale koers werd ooit al bepaald met het debuut ‘The Deathship Has A New Captain’ (2004) en door de jaren heen lijkt The Vision Bleak steds meer het gat dat Type O Negative achterliet enigszins te kunnen vullen.