10xEremetaal Juli 2016

 

10xEremetaal in Juli 2016

 

BE’LAKOR

Vessels

Napalm/PIAS
Martijn Busink
78

Australië staat niet echt bekend vanwege melodieuze death metal, maar met Be’lakor heeft het een aardige band in huis. ‘Vessels’ is het vierde album dat is volgestauwd met de ene catchy riff na de andere. En anders zijn er wel vloeiende en soms folky gitaarsolo’s. In „Withering Strands” krijgen we verleidelijke ‘oohs’ en ‘ahs’ voor de kiezen en de piano is een vaak terugkerend element, waardoor Be’Lakor bijna richting popmetal drijft. Ook de productie is spik en span: alles keurig in balans, geen vuiltje aan de lucht. Al met al is ‘Vessels’ een lekker flitsend album voor een breed publiek, met een paar aantekeningen. Het album klinkt namelijk wat klinisch, van George Kosmas zijn grunt met de kikker in de keel moet je houden en de invloed van Dark Tranquillity (en anders wel Amon Amarth) is wel erg opzichtig. Caveat emptor.


 

DEADLOCK

Hybris

Napalm/PIAS
Jordan Stael
80

Bijzondere band dat Deadlock. Bestaat al bijna twintig jaar en heeft de afgelopen paar jaar aardig wat te verduren gehad. Drummer Tobias Graf overleed in 2014 op 35-jarige leeftijd. En dit jaar verdween vrouwelijke cleanvocalist Sabine Scherer van het toneel – blijvend zwangerschapsverlof – om vervangen te worden door de nog schonere stem van Margie Grelitz. En wat maakt Deadlock ervan? Daar kunnen we kort over zijn: een steengoede metalplaat. Als je tenminste tegen de Donald Duck-stem van Grelitz kan. Het gegrunt is gedegen (John Galert, ooit bassist van de band) en de nummers zijn te gek. Bijzondere stukken, maar bovenal lekker gebeuk. Dikke productie, mooie (gitaar)intro’s, gas erop. En de cliche’s blijven ver van ze weg. Zoals gezegd, je moet die Simpson-stem van Margie Grelitz wel kunnen hebben. Zonder haar zou dit een lompe metalcoreplaat zijn geworden. Met Marg een melodieuze, waar af en toe een schepje suiker te veel aan is toegevoegd. Kun je jammer vinden, maar ook doorheen luisteren.


 

DENNER/SHERMANN 

Masters Of Evil

Metal Blade/PIAS
André Verhuysen
75

De bandnaam, het artwork en de titel van debuutalbum ‘Masters Of Evil’ laten er geen misverstand over bestaan: Denner/Shermann moet vooral fans van Mercyful Fate aanspreken. Mooi, daar reken ik mezelf namelijk ook toe. Maar het illustere gitaarduo legt de lat daarmee vanzelf ook erg hoog. Te hoog zo blijkt, want het niveau van klassiekers als ‘Melissa’ en ‘Don’t Break The Oath’ wordt op ‘Masters Of Evil’ zelden of nooit benaderd, laat staan geëvenaard. Aan Mi­chael Denner en Hank Shermann ligt het niet, zij hebben de riffs en solo’s nog steeds in de vingers. Over de ritmesectie hoor je me ook niet klagen. Het is zanger Sean Peck die me lichtelijk tegen de borst stuit. Hij probeert af en toe wel heel erg als King Diamond te klinken (luister maar eens naar „Son Of Satan” of „The Baroness”) en dat gaat hem niet zo goed af. Sowieso is Peck geen geweldige zanger. Dan hoor ik liever Martin Steene, die zong bij Force Of Evil, het andere post-MF-project van Denner en Shermann. Productioneel valt er ook wel een en ander aan te merken op ‘Masters Of Evil’. De plaat klinkt een beetje dof en rommelig. Het punt boven deze recensie zegt het eigenlijk al: goed album, maar er had meer ingezeten. Adel verplicht nu eenmaal.


 

FATES WARNING

Theories Of Flight

InsideOut/Sony Music
Patrick Lamberts
85

Laten we er geen doekjes om winden: ‘Theories Of Flight’ behoort tot het beste werk van Fates Warning. Voor de liefhebber van metal met diepgang zou het zelfs zomaar eindlijstmateriaal kunnen zijn. ‘Darkness In A Different Light’ was al een fijne herintroductie met genoeg lichtpuntjes, maar deze plaat gaat er dubbel en dwars overheen. Waar dat aan ligt? Het fenomenale drumwerk van Bobby Jarzombek bijvoorbeeld. Zijn grooves en fills vullen de heerlijke riffs van Jim Matheos naadloos aan en vullen de open plekken – waar nodig – op indrukwekkende wijze op. Het staccato, groovy gitaarwerk van de 53-jarige Matheos klinkt als dat van een jonge hond: gretig, fel en effectief. Hij wordt bijgestaan door Frank Aresti, die enkele fenomenale solo’s uit z’n snaren schudt. Je kunt ook duidelijk horen dat zanger Ray Alder de laatste jaren weer de nodige meters heeft gemaakt, want hij klinkt zelfverzekerder dan ooit, met zanglijnen die zowel uitdagend als uitnodigend zijn. Er staat geen zwakke broeder op de plaat, al is het OSI-achtige titelnummer misschien niet ieders pakkie-an. Hoe dan ook, dat Fates Warning na dertig jaar nog een keer op deze wijze een hoge vlucht weet te nemen, is bewonderenswaardig!


 

KISSIN’ DYNAMITE

Generation Goodbye

AFM/Suburban
Liselotte Hegt
85

Kissin’ Dynamite timmert al jaren aan de weg en nog steeds met stijgend succes. De broertjes Braun (zanger Hannes en gitarist Ande), gitarist Jim Müller, bassist Steffen Haile en drummer Andi Schnitzer begonnen hun carrière al op zeer jonge leeftijd. Het vijftal bevindt zich derhalve nu pas rond de jeugdige leeftijd van 25 jaar, maar is al wel gepokt en gemazeld. Ooit begonnen als een traditionele (power) metalband, zijn de bandleden door de jaren heen uitgegroeid tot prima muzikanten die de kunst van het schrijven van goede songs volledig in de vingers hebben. Met ‘Generation Goodbye’ is Kissin’ Dynamite er wederom in geslaagd om een grote stap vooruit te maken. Het album is namelijk gevuld met uitstekende songs, die een moderne, volwassen en eigentijdse uitstraling hebben. De nummers rocken als de bekende trein, zijn energiek en dynamisch, en liggen erg goed in het gehoor. Zanger Hannes Braun overtuigt bovendien in alle toonaarden. Tekstueel is de band ook nog eens helemaal van deze tijd. Luister maar eens naar het uptempo „Hashtag Your Life”. Kortom: ‘Generation Goodbye’ is een prachtplaat. Niets meer, niets minder. Het wordt tijd dat alle sceptici deze hardwerkende band ens serieus gaan nemen.


 

NONPOINT

The Poison Red

Spinefarm/Caroline
Metal Mike
75

Je kunt er bijna de klok op gelijk zetten: elke twee jaar brengt Nonpoint, de moderne metalband uit Fort Lau­der­dale, Florida, een nieuw album uit. ‘The Poison Red’ is album nummer negen van de band die in 2000 werd opgericht door zanger Elias Soriano en drummer Robb Rivera. De twee zijn de enige constante factor in de lineup. Voor gitarist Rasheed Thomas en bassist Adam Woloszyn is ‘The Poison Red’ het tweede album waarop ze meedoen. Nieuw is de in Florida bekende B.C. Kochmit, de gitarist van Eye Empire en Switched, die eind 2014 Dave Lizzio opvolgde en het geluid van de band iets steviger heeft gemaakt. Het album telt dertien stevige hardrocksongs met een boodschap. Zo handelt de eerste single „Generation Idiot” over de ‘digitale zombies’ die alleen op internet leven. Op­vallend is ook het Spaans gezongen „El Diablo”, dat daardoor wat wegheeft van Ill Niño. Een ander opvallend nummer is „Be Enough” dat wat wegheeft van Disturbed, en waar de productionele hulp van David Draiman in doorklinkt.


 

STITCHED UP HEART

Never Alone

Another Century/Sony Music
Liselotte Hegt
83

De roots van Stitched Up Heart uit Los Angeles liggen in de gothic metalscene, maar de band evalueerde na een interne reorganisatie, waarbij alleen zangeres Alecia ‘Mixi’ Demner als origineel lid is overgebleven, naar een luidruchtige, uiterst melodieuze metalcoreband. ‘Never Alone’ laat een fijne mix tussen Evanescence en In This Moment horen. Vocaal liggen de zangeressen van al deze bands in hetzelfde straatje en in combinatie met een opvallend, excentriek uiterlijk maken ze onderdeel uit van een nieuwe generatie: dames die niet alleen visueel maar ook met hun screams het extreme opzoeken, maar daarnaast ook bitterzoet kunnen zingen. ‘Never Alone’ is gevuld met ruige, lekker in het gehoor liggende tracks, die omwikkeld zijn met teksten waarin lief en leed wordt gedeeld. Tracks als „Finally Free”, „Monster”, „Now That You’re Gone” en „City Of An­gels” zijn goede visitekaartjes. Een zweem van melancholie waart door het repertoire en het feit dat de band balanceert op de rand van extreem en mainstream maakt ‘Never Alone’ extra aantrekkelijk. Zangeres Mixi staat haar mannetje, klinkt zelfverzekerd en kan rekenen op een solide back-up van haar band. Daarbij weet ze in het laatste nummer „I Can’t Breathe” te verrassen met een Adele-achtige performance. Stitched Up Heart is zeker een aanwinst voor fans van bovengenoemde bands.


 

STUCK MOJO

Here Come The Infidels

Stuck Mojo Music/Suburban
Metal Mike
90

Ik weet het nog als de dag van gisteren. Tijdens een werkvakantie in Clearwater, Florida belde producent Scott Burns me met de mededeling dat ik die avond naar club Froggies diende te gaan. Daar trad namelijk Stuck Mojo op en die band had zijn ‘seal of approval’. De mix van funky ritmes en metal blies me inderdaad omver. Ik kocht een paar democassettes en stuurde een exemplaar naar Century Media. Het label bracht in 1995 het debuut ‘Snappin’ Necks’ uit en de rest is geschiedenis. De band heeft geen gelukkige carrière beleefd. De knipperlichtrelatie met zanger Bonz zorgde voor veel onrust, waardoor bandleider/gitarist Rich Ward ook met andere projecten (Sick Speed, Fozzy, The Du­ke) aan de slag ging. Na een pauze van acht jaar is er nu weer een nieuwe van Stuck Mojo. En het moet gezegd, ‘Here come The Infidels’ is het sterkste album ooit van de band uit At­lanta, Georgia. De nieuwe frontman Robby J ‘rapt’ zijn maat­schappijkritische teksten sterker dan zijn al voorgangers en hij bezit daarnaast een uitstekende zangstem, zoals op „Charles Bronson” goed te horen is. De gitaar van Ward klinkt venijniger dan ooit tevoren. Producent Andy Sneap (Accept, Arch Enemy, Kreator) zal daar een belangrijke hand in gehad hebben. Met „Blasphemy”, „Destroyer” en „Fire Me” bevat het album zelfs een drietal potentiële hits.


 

WHITECHAPEL

Mark Of The Blade

Metal Blade/PIAS
Wouter Dielesen
60

Met zeven albums in tien jaar tijd kan Whitechapel geen gebrek aan productiviteit verweten worden. Wel heeft de deathcoreband uit Knoxville, Tennessee al heel zijn carrière te maken met een onophoudelijke stroom aan negatieve reacties. Die focussen zich op de muzikale en vocale verrichtingen van de zes heren. Toegegeven, albums als ‘A New Era Of Corruption’ (2010), ‘Whitechapel’ (2012) en ‘Our Endless War’ (2014) blinken niet uit in originaliteit. Ook zitten ze vol obligate breakdowns en clichématige teksten en vocalen van Phil Bozeman. Op muzikaal en productioneel niveau wist de groep steeds net het hoofd boven water te houden. Met ‘Mark Of The Blade’ lukt dat niet. Opener „The Void”, titelsong „Mark Of The Bla­de” en „Tre­mors” klinken als ondermaatse rapmetalnummers met brulzang. In „Bring Me Home” proberen Bozeman en consorten juist tevergeefs een Slipknot/ Stone Sour-achtige ballad neer te zetten. Het bombastische instrumentaaltje „Brotherhood” vormt een welkome uitzondering op de overige songs, maar de met ­cleane, post-grunge-achtige vocalen doorspekte af­­­sluiter „Decennium” neemt alle twijfel weg. Whitechapel mag het dan misschien over ‘A Kiling Industry’ hebben, wanneer je een ondermaats album als ‘Mark Of The Blade’ uitbrengt, maak je het vooral jezelf heel erg moeilijk.


 

X-TINXION

From The Ashes Of Eden

Graviton Music/PIAS
Bastiaan Tuenter
75

Deze Nederlandse band bestaat al ruim tien jaar, won de Metal Battle en speelde op Wacken, maar een muzikale koerswijziging en vooral bezettingswisselingen zorgden ervoor dat X-Tinxion uiteindelijk erg lang moest wachten op de release van het debuutalbum ‘From The Ashes Of Eden’. De titel van deze thrashplaat slaat op één van de thema’s: wat gebeurt er als de onschuld verloren gaat? Wie bekend is met deze rauwe ­thrashgroep zal enkele van de elf songs al wel eens gehoord hebben bij optredens, want X-Tinxion reisde stad en land wellicht al drie keer af. Wat vooral opvalt is het gemak waarmee het vijftal de rauwe, old-school thrash metal combineert met sporadisch een melodieuze insteek – wat enkele verzorgde, ronduit geweldige gitaarsolo’s van Conrad Hultermans oplevert. Het is daarnaast het brede arsenaal aan zangstijlen van Monica Janssen dat imponeert; ze gromt, grunt, krijst en zingt zich een weg door een plaat die er geen misverstand over laat bestaan dat X-Tinxion een onverbiddelijke metalgroep is. Gelukkig is er in de vorm van ‘titeltrack’ „Eden” nog een welkom, akoestisch en instrumentaal rustmoment dat de plaat mooi in tweeën verdeelt. Het is nodig ook, want denk maar niet dat Izegrims Marloes Voskuil („Uniformity”) en George Oosthoek („The Di­vine”) op de tweede helft willen onder doen voor Janssen. Een mooi album.