10xEremetaal in Augustus/September
- CHIMAIRA
- CHTHONIC
- CONSORTIUM PROJECT V
- CROSSFADE
- EPYSODE
- GHOST BRIGADE
- ICS VORTEX
- THE INTERBEING
- JASTA
- LEPROUS
CHIMAIRA
The Age Of Hell
(SPV/Suburban)
www.myspace.com/chimaira
Robbie Woning
85
Het zesde album zou zomaar eens de definitieve doorbraak voor Chimaira kunnen betekenen. Zelden heb ik een album gehoord waar een stel muzikanten zodanig zijn ziel en zaligheid in heeft gestopt. ‘The Age Of Hell’ is een geweldige plaat, vol furieuze duistere metal. Met intense ritmes, ijzersterke gitaarriffs, stoere solo’s en geweldig boze zangpartijen. Vol zorgvuldig gecomponeerde en uitgebalanceerde nummers bovendien. Chimaira beukt er veelvuldig op los, maar valt geregeld terug op fraaie melodieuze gitaarlijnen en duistere instrumentale stukken met een enorme diepgang. Een nummer als “Clockwork” heeft een geweldige dynamiek, en refreinen die live massaal meegebruld kunnen worden. Ook “The Year Of The Snake” en “Losing My Mind” knallen echt van begin tot eind. “Time Is Running Out” kent een sterke, verslavende basisriff en valt halverwege mooi terug op een stel slepende doomriffs. De mix van het album is solide en gecontroleerd, waardoor de gevarieerde, drukke gitaarriffjes en rollende ritmes er altijd weer prima uit komen. De zang is ruig, maar verstaanbaar en wordt geregeld op een mooie samenzweerderige manier gedubbeld. ‘The Age Of Hell’ markeert onmiskenbaar een nieuwe start voor Chimaira. Maar liefst drie muzikanten vertrokken na de vorige CD en de band stapte van Nuclear Blast over naar SPV. Zanger Mark Hunter en de gitaristen Rob Arnold en Matt Devries schreven de nieuwe plaat grotendeels met zijn drieën. Nieuwe drummer Austin D’Amond komt van een zijproject van gitarist Rob. Veel verrassender is de komst van Dååth-gitarist Emil Werstler op bas en Dååth-zanger Sean Z. op toetsen en andere elektronica. Hun muzikale bijdrage is nu nog erg beperkt, maar met de huidige bezetting kan een volgende plaat zomaar een nóg vettere knaller worden.
CHTHONIC
Takasago Army
(Spinefarm/Bertus)
www.myspace.com/chthonictw
Rudi Engel
83
Ik had vroeger nooit zo’n hoge pet op van Chthonic. Leuk hoor, die traditionele Taiwanese maskers, genrevreemde instrumenten en bandleden die luisteren naar namen als Left Face Of Maradou, Azathothian Hands en Thunder Tears, maar de muziek was nogal anoniem en stelde echt niet zoveel voor. Noem het voor het gemak even melodieuze black metal waar constant die eentonige erhu (traditioneel oosters, vioolachtig instrument) doorheen jankte, wat de muziek een gotisch randje gaf. Mijn mening slaat echter steeds meer om nu Chthonic na een handvol albums en ruim tien jaar ervaring beter en beter wordt. De nummers op het zesde album ‘Takasago Army’ – een conceptalbum over de Taiwanese soldaat Wubus Bawan die is gerekruteerd om met de Imperial Japanese Army mee te vechten na de aanval op Pearl Harbour in 1941 – staan als een huis en hebben meer dan ooit tevoren een eigen gezicht. Bovendien beheerst het vijftal zijn instrumenten steeds beter, zodat op “Southern Cross” vanuit het niets een scheurende gitaarsolo voorbij flitst en de erhu de muziek meer dan voorheen ondersteunt. Een moment waarop al die opgedane ervaring en veelzijdigheid prachtig naar voren komt, is de midtempo passage halverwege het nummer “Oceanquake”. En zo ontdek je steeds meer gave breaks en harmonieën op ‘Takasago Army’. Met afstand het beste, spannendste en meest volwassen album van deze rare Taiwanezen tot nu toe.
CONSORTIUM PROJECT V
Species
(Lion Music/Bertus)
www.myspace.com/ianparrytheartist
Albert Wienen
80
De van oorsprong uit Engeland afkomstige Ian Parry woont al jaren in Nederland en maakte in het verleden deel uit van bands als Hammerhead en Vengeance. Aan het begin van de jaren negentig bracht hij een drietal albums uit onder eigen naam, waarna hij in 1997 als zanger toetrad tot het Nederlandse Elegy. Het eerste deel van Ian Parry’s Consortium Project verscheen in 1999. De drie navolgende Consortium-albums in een tijdbestek van acht jaar. En nu is er dan het vijfde album in de serie. Parry heeft ook ditmaal gebruik gemaakt van een arsenaal aan gastmuzikanten, waaronder de gitaristen Stephan Lill (Vanden Plas), Niels Vejlyt (Infinity Overture) en Veith Offenbächer (Dawn Of Destiny), bassisten Kris Gildenlöw (Pain Of Salvation) en Jens Faber (Dawn Of Destiny) en drummer Casey Grillo (Kamelot). Het resultaat is een album met daarop elf tracks die te omschrijven zijn als bombastische power metal met progressieve invloeden. De gitaristen hebben een grote rol gekregen in het geluid van ‘Species’ en datzelfde geldt voor de keyboards. Slim is de inzet van de beide vrouwelijke zangeressen Lene Petersen en Ani Lozanova. In het samenspel van de mannelijke en vrouwelijke vocalen weet Parry de aandacht van zijn stem af te leiden. ‘Species’ is een zeer vakkundig gemaakte plaat. Hulde voor Ian Parry.
CROSSFADE
We All Bleed
(ElevenSeven/EMI)
www.myspace.com/crossfade
Metal Mike
85
Ook goeiemorgen! Na de keiharde openingsriff in “Dead Memories” is het nauwelijks te bevatten dat we hier met dezelfde band van doen hebben die eerder albums als ‘Crossfade’ (2004) en ‘Falling Away” (2006) uitbracht. Er is tussen 2006 en 2011 ook heel wat gebeurd met Crossfade. De band bracht na het succesvolle, titelloze, platina-debuut (waarop de hit “Cold” stond) een matig vervolg-album uit. Crossfade werd door de platenmaatschappij gedropt en de aan drugs en alcohol verslaafde muzikanten gooiden eind 2007 de handdoek in de ring. Zanger/gitarist Ed Sloan en bassist Mitch James pakten – inmiddels clean – in 2010 de draad weer op met ‘We All Bleed’ als overtuigende bewijs dat de problemen uit het verleden als sneeuw voor de zon zijn verdwenen. Duidelijk is te horen dat de bandleden de oren nu niet hebben laten hangen naar een platenmaatschappij, maar gewoon een album hebben ingespeeld waar ze zelf honderd procent achter staan. Na de knalharde opener wordt nu ook duidelijk door welke bands songwriter Sloan het meest beïnvloed is. De aparte samenzang die Alice In Chains zo kenmerkt is bijvoorbeeld te horen in “Killing Me Inside” en “Open Your Eyes”. The Beatlesinvloeden druipen van het sarcastische “Dear Cocaine” af, terwijl het lange sluitstuk “Make Me A Believer” zo op een Opeth-album had gepast. Mijn favoriete nummers zijn het Celldweller-achtige “Prove You Wrong” en en het bombastische, mooi opbouwende “Lay Me Down. Welkom terug!
EPYSODE
Obsessions
(AFM/Rock Inc./Bertus)
www.epysode.com
Gerrit Mesker
90
Samuel Arkan, de gitarist van Virus IV liep al jaren rond met plannen voor een conceptalbum. Met ‘Obsessions’ zijn die plannen gerealiseerd en het resultaat is een uitstekend album geworden. Dat is op zich niet zo vreemd, want hij heeft een stel puike muzikanten bij dit project betrokken. Voor de zangpartijen schakelde hij onder anderen Oddleif Stensland (Communic), Rick Altzi (At Vance, Thunderstone) en Liselotte Hegt (Dial, Ayreon) in. Voor het instrumentale gedeelte waren onder anderen Léo Margarit (Pain Of Salvation) en Kristoffer Gildenlöw (Dial, Pain Of Salvation) van de partij. Niet de slechtste muzikanten om bij je te hebben en het resultaat is er dan ook naar. ‘Obsessions’ is een indrukwekkend album geworden dat bol staat van progressieve rock met loepzuivere zangpartijen en bijzonder mooie arrangementen. Het is dus een concept-CD. Het verhaal gaat over een profiler, iemand die voor de recherche psychologische profielen van seriecriminelen maakt. Hij onderzoekt een reeks gewelddadige moorden en komt daarbij in contact met bovennatuurlijke verschijnselen. Erg mysterieus allemaal en die sfeer wordt op het album goed weergegeven. De eerste nummers op de CD hakken er stevig in, met het titelnummer ‘Obsessions’ als hoogtepunt. Vervolgens wordt er even behoorlijk gas teruggenomen met het nummer ‘Gemini Syndrom’, dat louter bestaat uit zang met pianobegeleiding. Het is ook het enige rustige nummer op de CD. Voor de rest is het pittige progrock, die af en toe doet denken aan Ayreon. Simpelweg verplichte kost voor elke stevige rockliefhebber. En nu maar hopen dat het niet blijft bij een eenmalige ‘Epysode’.
GHOST BRIGADE
Until Fear No Longer Defines Us
(Season Of Mist/Bertus)
www.myspace.com/ghostbrigade
Marlous de Jonge
90
Een jaar of vier geleden overweldigde het Finse gezelschap Ghost Brigade de metalwereld met zijn indrukwekkende debuutplaat ‘Guided By Fire’. Opvolger ‘Isolation Songs’ uit 2009 maakte al net zo veel indruk, en anno 2011 is het alweer tijd voor Ghost Brigade’s derde album: ‘Until Fear No Longer Defines Us’. Het album opent rustig, maar sterk, met het akoestische “In The Woods”, waarin vooral goed naar voren komt wat een krachtige zanger Manne Ikonen is. Opvolger “Clawmaster” knalt de speakers uit met zware gitaren en diepe grunts. “Traces Of Liberty” bevat een heerlijke groove, en “Divine Act Of Lunacy” opent met een vette drumsolo. Kortom: variatie alom. Alle nummers sluiten perfect op elkaar aan, waardoor ‘Until Fear No Longer Defines Us’ meer aanvoelt als één groot muziekstuk dan als een album vol losse songs. Afsluiter “Soulcarvers” vormt, dankzij zijn mooie opbouw, het perfecte sluitstuk. Hoogtepunt is echter de prachtige, emotionele ballad “Grain”. Wederom hebben de Finnen geschreven vanuit het hart. De grunts en cleane zang zijn perfect in balans, en het regelmatige gebruik van meerstemmige zang maakt de nummers extra intens. De zware, melancholische muziek grijpt de luisteraar vast, om die een uur lang niet meer los te laten. ‘Until Fear No Longer Defines Us’ is puur genieten. Complimenten ook voor het mooie artwork. Wie de vorige twee Ghost Brigade-albums goed vond, kan dit schijfje blind aanschaffen. Perfectie mag dan niet bestaan, Ghost Brigade komt er met dit meesterwerk verdomd dichtbij.
ICS VORTEX
Storm Seeker
(Century Media/EMI)
www.myspace.com/icsvortex
Robert Haagsma
78
De afgelopen decennia profileerde de boomlange Noor ICS Vortex zich als zanger en bassist van onder meer Dimmu Burgir, Arcturus en Borknagar. Zijn bijdragen sprongen er altijd uit, want de zanger heeft een hoog, opera-achtig stemgeluid dat nooit te negeren was. Het domineert ook zijn eerste soloplaat, die hij opnam met drummer Asgeir Mickelson (o.a. Borknagar) en Terje ‘Cyrus’ Andersen (o.a. Sarke, Borknagar). Het album werd aangekondigd als een soort samenvatting van alles waar de zanger en bassist zich de afgelopen jaren mee bezighield. Dat is het niet geworden. Hoogstens in het openingsnummer “The Blackmobile” zijn wat flarden black metal te horen, terwijl dat toch het genre is waar hij het meest actief in geweest is. Het grootste deel van de CD staat vol repetitieve gitaarakkoorden. Het zijn, mede door de lengte, epische songs die vooral onder invloed staan van stoner rock en progressieve rock uit de jaren zeventig. Een goed voorbeeld is “Windward”, inclusief gierende keyboardsolo. Reden tot klagen geeft dat niet, want de stijl past prima bij de cleane zang van ICS Vortex. Wel is het zo dat je van zijn stemgeluid houdt, of dat de ijle klanken al snel op je zenuwen werken. Een kwestie van smaak. Dat neemt niet weg dat ‘Storm Seeker’ een boeiende zijsprong is, ook dankzij het thema dat de songs verbindt: stormen die kunnen woeden in een mensenleven.
THE INTERBEING
Edge Of The Obscure
(Target/Suburban)
www.myspace.com/theinterbeing
Rudi Engel
79
Sinds The Interbeing vijf jaar geleden werd opgericht, sleept de Deense band in eigen land de ene na de andere award in de wacht, onder andere die voor ’talent van het jaar’. Na de indrukwekkende EP ‘Perceptual Confusion’ uit 2008 maakt het vijftal drie jaar later met debuutalbum ‘Edge Of The Obscure’ de hoge verwachtingen meer dan waar. Nu denk je bij de woorden ‘metal’ en ‘Denemarken’ natuurlijk al snel aan Raunchy, en dat referentiekader is in het geval van The Interbeing nog niet eens zo ver gezocht. Oké, de catchy hooks zijn grotendeels afwezig, waardoor de nummers minder goed blijven hangen, maar deze jonge honden spelen wel een enigszins vergelijkbare dynamische mix van groovende, Fear Factory-achtige industriële metal en Scandinavische melodeath. Wat daarbij direct opvalt is het ontzettend hoge niveau van uitvoering (voor een beginnende band), zowel muzikaal als productioneel. Vooral de constant pulserende, groovende riffs (waarmee de band zomaar eens zou kunnen meeliften op de huidige djent-hype) snijden daardoor prachtig door je koptelefoon en voor de oplettende luisteraar zijn er luisterbeurt na luisterbeurt meer gave details te ontdekken. Die kracht is ook gelijk de ‘zwakte’ van ‘Edge Of The Obscure’: dit is echt een album waar je geconcentreerd voor moet gaan zitten, anders komt het totaal niet over. Dat The Interbeing echter een zeer interessante nieuwkomer is die ongetwijfeld ook internationaal snel tot een gevestigde naam zal uitgroeien, staat als een paal boven water.
JASTA
Jasta
(Century Media/EMI)
www.myspace.com/Jasta
Diana Willems
74
Jamey Jasta is een bezig baasje. Hatebreed, Kingdom Of Sorrow, Icepick, zijn platenlabel en kledingmerk; hij heeft er zijn handen vol aan. Desondanks heeft hij de tijd gevonden een plaat op te nemen met nummers die hij niet binnen zijn overige bands vond passen. Toch is in een aantal nummers het verschil met het latere Hatebreed niet zo gek groot. Grootste onderscheid is dat zijn soloproject – waarin de gebroeders Bellmore (Kingdom Of Sorrow) hem vergezellen – over het algemeen wat slepender en vooral melodieuzer klinkt. Regelmatig laat Jasta zich verleiden tot daadwerkelijke zang in plaats van zijn kenmerkende gebrul. Op de eerste helft van het album doet Jasta het vooral alleen, voor de tweede helft heeft hij een karrenvracht aan gastmuzikanten ingeschakeld. Zo dragen Randy Blythe en Mark Morton (Lamb Of God), Tim Lambesis (As I Lay Dying), Philip Labonte (All That Remains), Zakk Wylde en Mike Vallely allen hun steentje bij. Hoewel bijvoorbeeld “Nothing They Say” of “Something You Should Know” enigszins onder de categorie ‘slappe hap’ vallen, houdt Jasta het in grote lijnen wel zwaar genoeg om zijn fans niet te veel van hem te vervreemden.
LEPROUS
Bilateral (InsideOut/EMI)
www.myspace.com/leprousband
Patrick Lamberts 88
De bizarre hoes van ‘Bilateral’, ontworpen door Jeff Jordan (The Mars Volta), zegt het eigenlijk al: dit album wijkt van de geijkte paden af. Denk een beetje Muse, Faith No More, Meshuggah, Devin Townsend, Pain Of Salvation, zelfs Zappa, en combineer dat met de ge-wel-di-ge stem van Einar Solberg, en je weet meteen dat je met een bijzonder album te maken hebt. Bands met zo’n eigen smoel en een eigentijds geluid zijn op twee handen te tellen. Houd je niet van muzikale experimenten, dan haak je snel af. Maar waar Devin Townsend naar mijn smaak over-the-top ging met zijn twee nieuwste, te theatrale albums ‘Deconstruction’ en ‘Ghost’, weet Leprous eenzelfde soort gekkigheid met muzikaliteit wél op de juiste manier te doseren. Ik zou het daarom ook vreemd vinden als dit album niet hoog in de Soundcheck-lijst eindigt. De crossover van verschillende stijlen maken van ‘Bileteral’ namelijk een echte muziekliefhebberplaat. “Mb Indifferentia” staat symbool voor alles dat deze band zo uniek maakt. Voer voor vrije
geesten!