10xEremetaal December 2010

10xEremetaal in December 2010

 

 

ALLEN – LANDE

The Showdown

(Frontiers/Rough Trade)
www.myspace.com/allenlande2
Liselotte Hegt
86

Voor de derde keer werken de twee topzangers Jorn Lande en Russel Allen samen in de door gitarist Magnus Karlsson (Last Tribe, Starbreaker) geschreven songs. ‘The Showdown’ gaat in vergelijking met de twee voorgangers ‘The Battle’ (2005) en ‘The Revenge’ (2007) een meer melodieuze metalkant op. Karlsson heeft twaalf uitstekende tracks geschreven, die zeer smakelijk in het gehoor liggen en tot grote hoogten worden gebracht door Allen en Lande. De heren zijn beslist nog niet moe gestreden en komen hier van het begin tot het einde heel goed uit de verf. Het is opvallend hoe dicht hun stemgeluiden bij elkaar liggen en het is zelfs soms lastig te horen is wie wat zingt. Het is dan ook niet verwonderlijk dat deze goddelijke ‘voices of rock’ harmonieus samengaan in een zee van mooie melodieën en virtuoos gitaarspel. ‘The Showdown’ is arrangementtechnisch gezien een recht-door-zee-plaat geworden, met een laag aan heavy gitaarriffs en symfonisch, bombastisch aangedikte intro’s, zoals in de smeuïge titeltrack en ‘Judgement Day’. Het prograndje is er op dit album toch wel af en wat dat betreft is het meer ‘rocken’ geblazen in de toegankelijke refreinen, luister maar eens naar het catchy ‘Turn All Into Gold’ en de bonustrack ‘Alias’. In de stevige powerballad ‘Bloodlines’ zit Lande volledig op zijn plek en in het AOR-achtige ‘Copernicus’ schittert Allen in volle glorie. Ach, of het nu heavy metal, progmetal of melodieuze metal is, Allen en Lande draaien hun hand er niet voor om en dat maakt ‘The Showndown’ tot een prachtplaat.


CRADLE OF FILTH

Darkly, Darkly, Venus Aversa

(AbraCadaver/Peaceville/Suburban)
www.myspace.com/cradleoffilth
Wouter Dielesen
92

Met ‘Godspeed On The Devil’s Thunder’ zette Cradle Of Filth twee jaar geleden een periode van kwaliteitsherstel in. Dat was nodig omdat het experimentele ‘Thornography’ uit 2006 nogal tegenviel, met zijn bederfelijke bewerking van synthpophit ‘Temptation’ en een gebrek aan stuwkracht. Het negende studioalbum ‘Darkly, Darkly, Venus Aversa’ overtreft zijn beide voorgangers met gemak. Zoveel bleek al uit het afwisselende ‘Lilith Immaculate’ dat de plaat vooruitsnelde. Onder leiding van de Tsjechische drummer Martin Karoupka trapt de release razendsnel af met ‘The Cult Of Venus Aversa’. Die trend wordt een uur lang vastgehouden. In elf intense stukken vertelt Cradle Of Filth een gotisch horrorsprookje rond de demon Lilith, de eerste vrouw van de Bijbelse Adam. Het conceptverhaal gaat gepaard met sterk georkestreerde black metal vol gitaardynamiek, stemkunsten van Dani Filth en de dwingende gastvocalen van popzangeres Lucy Atkins. Indrukwekkend zijn het snorrende ‘One Foul Step From The Abyss’ en de sterke toetsenpartijen van Ashley ‘Ellyllon’ Jurgemeyer (ex-Abigail Williams) in ‘The Nun With The Astral Habit’. De plaat raast en loopt bijna over van de ideeën, maar doet precies wat de Britse band nodig heeft om het hoge kwaliteitsniveau van eerdere uitgaven te overklassen. Het relatief kalme ‘The Persecution Song’ en het Paradise Lost-achtige ‘Forgive Me Father (I Have Sinned)’ zorgen voor wat ademruimte, om met het sinistere ‘Lilith Immaculate’ en het supersnelle ‘Harlot On A Pedestal’ twee filmische hoogtepunten te bereiken. Cradle Of Filth levert met ‘Darkly, Darkly, Venus Aversa’ een van zijn sterkste, snelste en meest samenhangende platen ooit uit. Een zeer indrukwekkende prestatie voor een groep die al bijna twintig jaar bestaat.


FLOTSAM AND JETSAM

The Cold

(Driven Music Group/Bertus)
www.myspace.com/FandJ
André Verhuysen
83

Mooi natuurlijk dat een Nederlandse band bovenaan de Soundcheck prijkt – het is God Dethroned van harte gegund – maar mijn CD van de Maand komt toch echt op naam van Flotsam And Jetsam. Het is ronduit indrukwekkend hoe de oudgedienden met ‘The Cold’ uit een schijndood zijn opgestaan. Na een aantal dubieuze albums in de vorm van ‘Drift’ (1997), ‘Unnatural Selection’ (1999) en ‘My God’ (2001) had ik de eens zo veelbelovende band eigenlijk niet meer toevertrouwd ooit nog zó’n glorieuze comeback te maken, zeker niet nadat verschillende bandleden elkaar enkele jaren geleden op Blabbermouth nog voor rotte vis uitmaakten. Wie goed luisterde naar ‘Dreams Of Death’ (2005) kon daarin echter al horen dat de mannen de stijgende lijn hadden ingezet. Het was enkel en alleen de storende low-budgetproductie die het album al snel in de vergetelheid deed belanden. Dat lot zal ‘The Cold’ niet treffen; de plaat klinkt als een klok. De productie is kraakhelder en bijzonder dynamisch, en zorgt ervoor dat ‘The Cold’ echt de speakers uit knált. Een dikke pluim voor de onbekende Ralph Patlan, die de opnames en mix in goede banen leidde, is dan ook wel op zijn plaats. ‘The Cold’ onderscheidt zich echter op meer gebieden in positieve zin van zijn voorgangers. Zo zingt Eric A.K. werkelijk de sterren van de hemel. Luister maar eens naar het semiballad-achtige titelnummer. Als Queensrÿche’s Geoff Tate in diens beste dagen zingt Knutson op magistrale wijze het rustige begin en middenstuk om zijn krachtigste schreeuwstem op te zetten in het knalharde refrein. Wie dit jaar een betere metalsong gehoord heeft mag het zeggen. Wie dit jaar een betere metalzanger gehoord heeft ook! Een ander punt van aandacht zijn de fabuleuze gitaarsolo’s op ‘The Cold’. Ze klinken messcherp en hangen niet aan elkaar van overloos notengeneuk, maar hebben kop en staart, lijken een verhaal op zich te vertellen en spoken nog dagenlang door je hoofd. Des te wranger is het om te weten dat gitarist Edward Carlson na de opnames van ‘The Cold’ de band heeft verlaten. Valt er dan niets aan te merken op ‘The Cold’? Jawel, maar het zijn futiliteiten. De teksten zijn van een typisch jaren tachtig-niveau: nietszeggend en soms zelfs kinderachtig. En de snelle songs ontberen de meedogenloze riffs die concullega’s als Exodus en Death Angel wél achteloos uit de mouw schudden. Die bands hebben echter weer geen Eric A.K. in de gelederen om in de basis matige songs als ‘Blackened Eyes Staring’ en ‘K.Y.A.’ alsnog naar grote hoogte te zingen. Wie Flotsam in het verleden een warm hart toedroeg kan ‘The Cold’ zonder nadenken aanschaffen. Betere CD’s zijn er dit jaar niet veel verschenen.


HARDCORE SUPERSTAR

Split Your Lip

(Nuclear Blast/PIAS)
www.myspace.com/hardcoresuperstar
Ron Willemsen
80

Hardcore Superstar is een band die nog nooit op een slechte plaat te betrappen is geweest, maar desondanks in Nederland niet is doorgebroken. Eén van de toppers uit de Zweedse glam/sleaze-scene, samen met bands als CrashDiet, The Poodles, Babylon Bombs en dan vergeet ik er vast nog een handvol. ‘Split Your Lip’ gaat verder waar de vorige plaat ‘Beg To Differ’ ophield: overwegend snelle(re), pakkende rock-‘n-rollsongs met hier en daar een ballad, zoals dit keer het akoestische rustpuntje ‘Here Comes The Sick Bitch’ en de schreeuwerige pianoballad ‘Run To Your Mama’. Volgens eigen zeggen is de CD in vijf dagen tijd ‘live’ opgenomen, maar desondanks staat de productie als een huis en hoor je Hardcore Superstar in topvorm. Eens kijken of de aanhouder wint en ze nu wel vaste voet aan de grond krijgen in Nederland (en België natuurlijk).


HOLY GRAIL

Crisis In Utopia

(Prosthetic/Bertus)
www.myspace.com/holygrail
André Verhuysen
84

Anderhalf jaar geleden maakte de Californische band White Wizzard indruk met zijn debuutalbum ‘High Speed GTO’; een plaat vol old-school heavy metal die meer dan een beetje was beinvloed door de NWOBHM. Het album lag amper in de winkel of drie van de bandleden pakten hun biezen om een nieuwe band te beginnen: Holy Grail. Welnu, datzelfde Holy Grail zorgt deze maand voor een daverende verrassing met zijn debuutalbum ‘Crisis In Utopia’. Eindelijk eens een plaat vol ‘ouderwetse’ metal die niet oubollig klinkt. De invloeden zijn ditmaal niet Engels, maar Amerikaans. Denk daarbij vooral aan de melodieuze doch a-commerciële bands als Riot (ten tijde van ‘Fire Down Under’), oude Vicious Rumors en Leatherwolf. Het flitsende gitaarwerk vliegt je aan alle kanten om de oren, de ritmesectie pompt en stuwt dat het een lieve lust is, en de zang – in de ware zin van het woord, dus geen gegrom, gegrunt of gekrijs – is ronduit fantastisch. James Paul Luna; onthoudt die naam, van die jongen gaan we meer horen! Een eervolle vermelding moet ook gaan naar producers Danny Lohner en Mark Lewis, die ‘Crisis In Utopia’ van een heerlijk fris en modern geluid hebben voorzien. Hulde. Fans van pittige, tegen speed metal aanleunende US metal kunnen onmogelijk om Holy Grail heen. Misschien wel de beste nieuwkomer van 2010!


ILL NIÑO

Dead New World

(AFM/Rock Inc./Bertus)
www.myspace.com/illnino
Metal Mike
85

Met alle nek- en rugproblemen die zanger Cristian Machado het afgelopen jaar teisterden, en die hem nog steeds parten spelen, is het bijna een wonder dat Ill Niño de Europese toer tot een goed einde wist te brengen. Te veel headbangen kan op den duur toch tegen je gaan werken. Na de toer konden eindelijk de puntjes op de i worden gezet van ‘Dead New World’, het nieuwe album dat door Machado’s problemen bijna een jaar vertraging had opgelopen. Na het verpletterende debuut ‘Revolution, Revolución’ uit 2001, werd het met elk album ietsje minder, maar met ‘Dead New World’ is lll Niño weer helemaal terug van nooit weggeweest. Agressieve nummers als ‘God Is For The Dead’, ‘Serve The Grave’ en ‘Killing You, Killing Me’ worden afgewisseld met meezingbare tracks als ‘Against The Wall’, ‘Ritual’ en ‘Bleed Like You’. De percussie-instrumenten en sambaritmes vliegen je weer om de oren, soms ondersteund door akoestische gitaren. Verrassend is daarnaast de Smashing Pumpkins-cover ‘Bullet With Butterfly Wings’, dat tegen het einde van het album voorbij komt fietsen. Eindelijk weer eens een album van Ill Niño dat de pan uit swingt.


MALRUN

Beauty In Chaos

(Target/Suburban)
www.myspace.com/malrundk
Liselotte Hegt
85

Na eerst twee EP’s te hebben uitgebracht (‘Longest Road To Rome’ in 2007 en ‘Beyond’ in 2008) komt het Deense Malrun eindelijk met een volwaardige CD voor de dag. En hoe! ‘Beauty In Chaos’ is een heerlijke plaat geworden met een modern smoelwerk. Deze jonge honden klinken hartstikke energiek en door de popinvloeden ook ontzettend catchy, vooral tijdens de refreinen. Zanger Jacob Lobner heeft een sexy cleane stem, maar ook zijn screams zijn flink opwindend. De harmonieuze vocalen worden goed ondersteund door vet gitaarwerk, virtuoze gitaarlicks en solo’s en uitgedachte ritmes. Malrun laat zich beïnvloeden door bands als Killswitch Engage, In Flames, Soilwork, As I Lay Dying, Lamb Of God, Creed en Opeth, maar ook een band als Raunchy of Mercenary lijken niet ver van Malruns muzikale ideeën te staan. Toeval wil dat Mercenary’s gitarist Martin Buus te gast is en machtig soleert in ‘Strapping While You Dance’. De titel van dit album, ‘Beauty In Chaos’, dekt wat mij betreft duidelijk de muzikale lading en de twaalf songs zijn onderling gevarieerd, opbouwend en goed uitgewerkt. Na de eerste drie geweldige songs ‘Ostracized’, ‘Strapped While You Dance’ en mijn persoonlijke favoriet ‘Caught Between Your Legs’ is het de vraag of de boel niet ineens gaat inkakken, maar het tegendeel gebeurt. Malrun weet zijn niveau hoog te houden in een te gekke combinatie van agressie, een brutale attitude, muzikale schoonheid en toegankelijke deuntjes. Malrun weet hoe de metal van de toekomst moet klinken.


SEVENTH VOID

Heaven Is Gone

(Napalm/Rough Trade)
www.myspace.com/seventhvoid
André Verhuysen
75

‘Heaven Is Gone’ was bijna vier jaar geleden al zo goed als af. Dat het uiteindelijk nog zo lang geduurd heeft dat de plaat verschenen is, is veelzeggend. We hebben het hier immers niet over zomaar een nieuw bandje, maar over de groep van Type O Negative-veteranen Kenny Hickey en John Kelly. Je zou denken dat platenmaatschappijen daar voor in de rij staan. Misschien was dat aanvankelijk ook wel zo, maar zien diezelfde maatschappijen bij nader inzien toch niet zo veel brood in Seventh Void. Ik zou het kunnen begrijpen, want ‘Heaven Is Gone’ is toch een beetje een album van nét niet. Slecht is de plaat zeker niet, integendeel, maar de gehoopte klapper is het ook zeker niet. Vooropgesteld: de zang van Hickey valt in positieve zin op. Hij zou zo bij Soundgarden kunnen gaan zingen, zóveel lijkt zijn stem op die van Chris Cornell. Op Hickey’s gitaarwerk en de puike productie valt ook moeilijk iets aan te merken. Het zijn simpelweg de songs waar het aan schort; die zijn te gewoontjes, te voor de hand liggend. Nergens worden we verrast met een riff of een melodie die nog dagen door je hoofd spookt. Nergens vliegt Seventh Void eens lekker onbedaarlijk uit de bocht. De band kleurt continu keurig binnen de lijntjes zoals Black Sabbath, Trouble, Saint Vitus en Candlemass die jaren geleden al uitzetten. Een beetje meer lef en eigen initiatief had best gemogen. Laten we echter vooral niet vergeten dat dit de debuutplaat is. Een heel verdienstelijke debuutplaat bovendien, waar ik misschien alleen iets te veel van had verwacht.


THE SHADOW THEORY

Behind The Black Veil

(InsideOut/EMI)
www.myspace.com/theshadowtheoryofficial
Robert Haagsma
80

Het grote nieuws is natuurlijk dat Psychotic Waltz weer in beweging is gekomen. Voor volgend jaar staan zowel een tournee als een nieuwe CD op stapel. Het is te hopen dat de nieuwe band van zanger, gitarist en fluitist Devon Graves, alias Buddy Lackey, niet in de schaduw van die sensationele reünie verdwijnt. Want dat is wel het laatste dat ‘Behind The Black Veil’, het debuut van The Shadow Theory, verdient. De zanger zelf schreef al op zijn site dat hij The Shadow Theory als een soort Frankenstein samenstelde, waarbij alleen de beste muzikanten goed genoeg waren. Onder de gelukkigen komen we bassist Kristoffer Gildenlöw (o.a. ex-Pain Of Salvation, Dial), gitarist Arne Schuppner (Complex 7) en drummer Johanne James (Threshold) tegen. Het mag duidelijk zijn dat met zo’n bezetting superieur spel gegarandeerd is. De verwachtingen die zo’n gewichtig gezelschap wekt, worden ook in de songs waargemaakt. Het hele verleden van Graves klinkt door in de muziek: van de grillige progmetal van zijn eerste band Psychotic Waltz tot – in mindere mate – de tegendraadse geluiden waarvoor hij met Deadsoul Tribe koos. Ze vonden hun weg naar spannende composities, zoals ‘By The Crossroads’. Harde passages worden op speels gemak afgewisseld met melodieuze stukken, gedomineerd door fraaie meerstemmige zang. Ik moest even aan Queen denken. Bij ‘Selebrate’, dat zwaar leunt op een akoestische gitaar, dreven mijn gedachten weg naar Jethro Tull; ook al een band met een fluitist. Elders op de plaat tuimelen heftige metal, progressieve klanken, akoestische folk en sfeervolle psychedelica over elkaar heen. Goede voorbeelden van die maximale variatie zijn ‘The Sound Of Flies’ en ‘Ghostride’; vooral in dit laatste nummer vormen akoestische passages en extreme metal een sterk geheel. Het album is daarmee een complexe puzzel, waar Graves en zijn band liefst vier jaar mee bezig waren. Het resultaat is een met tastbare liefde gemaakte plaat, die barst van het avontuur.


SOLEFALD

Norrøn Livskunst

(Indie Recordings/Suburban)
www.myspace.com/solefald
Anita Boel
88

Hoe ze het doen weet ik niet, maar het uit Noorwegen afkomstige Solefald weet telkens weer een album uit te brengen dat nog bizarder is dan de voorganger. ‘Norrøn Livskunst’ is de titel van het nieuwe meesterwerkje van de heren Lazare en Cornelius. De progressieve black metalfolk zit zo subliem in elkaar, dat je blijft luisteren naar deze plaat. Mijn persoonlijke favoriet is het nummer ‘Tittentattenteksti’. Alleen de titel van deze song verdient al een compliment, maar vooral door de bijdrage van zangeres Agnete Kjølsrud (Djerv, ex-Animal Alpha) is het smullen. Wat een lekkere, hysterische zang en echt perfect passend bij Solefald. Dat de heren ook prachtige, sfeervolle nummers kunnen maken, blijkt uit de song ‘Eukalyptustreet’. Gevoelige, meeslepende saxofoon- en pianopartijen waar je stil van wordt. De gehele CD door blijft Solefald verrassen. Obscuur, bizar, theatraal, hysterisch, progressief, intelligent, idioot, overweldigend; Solefald is het allemaal. Absoluut mijn CD van de Maand!